Aan/Uit-schakelaar, Fig. 8/9
Open de beschermkap (C).
Druk op de groene toets (A) om de machine in te schakelen.
Druk op de rode toets (B) om de machine uit te schakelen.
Druk bij noodgevallen op de noodstop (D).
Opmerking: Controleer vóór ieder gebruik of de aan/uit-schakelaar goed werkt door de machine in en uit te
schakelen.
Reset de beveiliging bij stroomuitval (spanningsloze schakelaar)
De machine zal automatisch uitschakelen wanneer de stroom uitvalt, de stekker per ongeluk verwijderd of
een zekering geactiveerd wordt. Druk op de groene toets van de schakelaar totdat de machine heropstart.
Afronden van het werk
. Breng het mes in de laagste stand.
. Laat een van de bedieningsarmen los.
. Schakel de machine uit en trek de stekker uit.
. Draai de ontluchtingsschroef vast.
. Volg de algemene onderhoudsinstructies.
Voedingskabels
Controleer de voedingskabels regelmatig op beschadiging. Zorg ervoor dat de voedingskabels tijdens het
controleren niet op de netspanning aangesloten zijn.
De voedingskabels moeten in overeenstemming zijn met de betreffende VDE- en DIN-normen. Gebruik
enkel voedingskabels met label H07RN.
De typeaanduiding moet vermeld worden op de voedingskabel.
Gebruik een mobiele veiligheidsschakelaar (PRCD), wanneer een aardlekschakelaar (RCD) met een
nominale reststroom van max. 0,03 A niet voorzien is in het stroomnetwerk.
Defecte voedingskabels:
Het isolatiemateriaal van kabels raakt vaak beschadigd.
De oorzaken zijn:
. Drukplekken, wanneer de kabels langs ramen en deuren lopen.
. Kinken, door de voedingskabels op ongepaste wijze op- of uit te rollen.
. Inkepingen, door kabels die verstrengeld geraken.
. Beschadigde isolatie, door aan de kabel te trekken om de stekker uit het stopcontact te halen.
. Barsten, door slijtage van het isolatiemateriaal.
Defecte voedingskabels mogen niet gebruikt worden. Beschadigde isolatie brengt levens in gevaar!
13