Echter, als de functietoetsen F1-F12 nodig zijn voor bepaalde softwaretoepassingen, kan multimediafunctionaliteit worden uitgeschakeld
door te drukken op Fn + Esc. Daarna kunt u multimediabeheer aanroepen door te drukken op Fn en de desbetreffende functietoets. U
kunt bijvoorbeeld audio door te drukken op Fn + F1.
OPMERKING:
U kunt het primaire gedrag van de functietoetsen (F1-F12) ook wijzigen door Werking functietoets te wijzigen in
het BIOS-setupprogramma.
Tabel 14. Lijst met sneltoetsen voor het toetsenbord
Functietoets
F1
F2
F3
F4
F5
F6
F7
F8
F10
F11
F12
De toets Fn wordt ook gebruikt met geselecteerde toetsen op het toetsenbord om andere secundaire functies aan te roepen.
Tabel 15. Secundair gedrag
Functietoets
Fn + F1
Fn + F2
Fn + F3
Fn + F4
Fn + F5
Fn + F6
Fn + F8
Fn + F9
Fn + F10
Fn + F11
Fn + F12
20
Specificaties van de Inspiron 16 7635 2-in-1
Primair gedrag
Dempt de audio
Verlaagt het geluidsvolume
Verhoogt het geluidsvolume
Speelt het mediabestand af of pauzeert het
Toetsenbordverlichting in- of uitschakelen
OPMERKING:
Schakelen om de status van de toetsenbordverlichting te
wijzigen in uit, weinig verlichting en veel achtergrondverlichting
Verlaagt de helderheid van het beeldscherm
Verhoogt de helderheid van het beeldscherm
Overschakelen naar een extern beeldscherm
Drukt het scherm af (schermopname)
Home (beweegt de cursor naar het begin van de regel)
Einde (hiermee verplaatst u de cursor naar het einde van de regel)
Secundair gedrag
Standaardgedrag van de F1-toets van het besturingssysteem of de
applicatie.
Standaardgedrag van de F2-toets van het besturingssysteem of de
applicatie.
Standaardgedrag van de F3-toets van het besturingssysteem of de
applicatie.
Standaardgedrag van de F4-toets van het besturingssysteem of de
applicatie.
Standaardgedrag van de F5-toets van het besturingssysteem of de
applicatie.
Standaardgedrag van de F6-toets van het besturingssysteem of de
applicatie.
Standaardgedrag van de F8-toets van het besturingssysteem of de
applicatie.
Standaardgedrag van de F9-toets van het besturingssysteem of de
applicatie.
Standaardgedrag van de F10-toets van het besturingssysteem of
de applicatie.
Standaardgedrag van de F11-toets van het besturingssysteem of
de applicatie.
Standaardgedrag van de F12-toets van het besturingssysteem of
de applicatie.