GENIUS
4.3
Storingen
Wanneer de Genius niet functioneert
Storingen
Radiografische ontvanger Batterijen in handzender te zwak.
ontvangt geen signaal
Deur wordt niet
vergrendeld
Geen werking
Zoemer piept kort
Als na nogmaals vergrendelen (automatisch) de meerpuntssluiting niet correct vergrendelt, dient de
*1
weerstand, welke de meerpuntssluiting ondervindt, met de hand gecontroleerd te worden. Dit kan door
met de sleutel de deur te ver- en ontgrendelen. Bij het vergrendelen van de deur dient de sleutel 2 toers
gedraaid te worden, zonder dat daarbij de deur d.m.v. de deurkruk of de handgreep dichtgetrokken wordt.
Indien er geen vrijloopcilinder toegepast is, dan veroorzaakt de vaststaande meenemer, als de sleutel uit
de cilinder is, storing aan de Genius.
4.4
Genius type A & B) met radiografische ontvanger: Bediening
De radiografische uitvoering houdt in dat de ontvanger in de omgeving van de voedingseenheid gemon-
teerd dient te worden. Naast alle functies welke onder punt 4.1 + 4.2 omschreven worden zijn er diverse
extra functies mogelijk. (Voor informatie; zie de beschrijving welke bij de ontvanger meegeleverd wordt)
Voor het ontgrendelen van de deur aan de binnen- of buitenzijde gebruikt u de handzender. Wanneer de
handzender bediend wordt, dan zal er door het systeem een versleuteld signaal verstuurd worden.
Deze "rolling code" wordt door de ontvanger gedecodeerd, geanalyseerd en vrijgegeven en een ontgrende-
lingssignaal zal volgen. De code door de handzender gestuurd dringt door diverse media, zoals glas, hout en
kunststof. De afstand cq. het bereik tussen de handzender en de ontvanger (zie onderstaande tabel) is sterk
afhankelijk van de omgevingsfactoren. Voor de volledigheid: een volledige ontgrendeling d.m.v. de hand-
zender is zowel aan de binnen- als buitenzijde mogelijk.
14
Mogelijke oorzaak
Andere systemen (B.v. Draadloze
koptelefoon) zenden op dezelfde
frequentie 433.92 MHz.
Bereik te gering.
Deur niet volledig gesloten.
Reed contact niet juist
gemonteerd of dagfunctie
Zekering in de meterkast eruit
Storing bij vergrendelen *
(mechanische weerstand te groot
of geen vrijloopcilinder)
Maatregel
Batterijen vervangen (Zie 4.4.3)
Andere systemen uitschakelen
Leverancier informeren (Antenne aan
de ontvanger monteren)
Deur sluiten.
Reed contact controleren (Zie 3.4),
Schakelaar controleren (Zie 3.3)
Storingsoorzaak opsporen (evt.
inschakelen) Elektricien
1
De storing kan d.m.v. een manuele
ontgrendeling (Cilinder sleutel)
gecontroleerd worden.
Vrijloopcilinder plaatsen en/of
eventuele weerstand wegnemen.