• Positieweergave: hiermee selecteert
u de positieweergave waarmee een
locatie wordt aangeduid.
• Kaartdatum: stelt het coördinaten-
systeem van de kaart in.
• Kaartsferoïde: geeft het coördinaten-
systeem weer dat door het toestel
wordt
gebruikt. Het standaardcoördinaten-
systeem is WGS 84.
hoogtemeterinstellingen
Selecteer stel in > hoogtemeter in het
hoofdmenu.
• Automatische kalibratie: de
hoogtemeter voert automatisch een
kalibratie uit telkens wanneer u het
toestel inschakelt.
• Barometermodus
◦ Variabele hoogte: de barometer
werkt wanneer u in beweging
bent.
◦ Vaste hoogte: de barometer
werkt wanneer u niet in beweging
bent.
30
• Luchtdruktrend
◦ sla op bij aanzetten: slaat
luchtdrukgegevens alleen op
wanneer het toestel wordt
ingeschakeld. Dit kan handig
zijn als u let op weerfronten.
◦ sla altijd op: slaat de
luchtdrukgege-vens om de vijftien
minuten op, zelfs als het toestel is
uitgeschakeld.
• Profieltype
◦ hoogte/tijd: hiermee worden
hoogteverschillen over een
bepaalde tijdsduur geregistreerd.
◦ hoogte/afstand: hiermee worden
hoogteverschillen over een
afstand geregistreerd.
◦ Barometerdruk: hiermee wordt
de barometerdruk over een
bepaalde tijdsduur geregistreerd.
◦ Plaatselijke luchtdruk:
hiermee worden plaatselijke
luchtdrukverschillen over een
bepaalde tijdsduur geregistreerd.
GPSMAP 78-serie - gebruikershandleiding