INSTRUCTIE!
Korstluitingsgevaar!
Als er water of andere vloeistof in
de behuizing komt, kan dit kortsluiting
veroorzaken.
• Dompel de pomp niet onder in water of
andere vloeistoffen.
• Zorg ervoor dat er geen water of andere
vloeistof in de behuizing komt.
INSTRUCTIE!
Gevaar voor schade!
Het onjuist omgaan met de pomp kan leiden
tot beschadigingen aan de pomp.
• Gebruik geen agressieve
reinigingsmiddelen, metalen of nylon
borstels en ook geen scherpe of metalen
reinigingsvoorwerpen zoals messen,
spatels en dergelijke. Deze kunnen het
oppervlak beschadigen.
• Doe de pomp nooit in de vaatwasser.
De pomp gaat daardoor kapot.
1. Trek de stekker eruit voordat u begint met
reinigen.
2. Laat de pomp volledig afkoelen.
3. Neem de pomp met een droge doek af.
Storingen verhelpen
Model 19164:
De pomp werkt niet.
a) De smeltveiligheid in de adapter is doorgebrand.
– Vervang de smeltveiligheid zoals beschreven (zie
hoofdstuk „Onderhoud"). Reservezekeringen zijn
verkrijgbaar in een speciaalzaak.
b) Er staat geen spanning op de 12V-aansluiting.
– Bij de meeste voertuigen moet het contact inge-
schakeld zijn opdat de 12V-aansluiting spanning zou
krijgen.
Vervangen buiszekering
Trek de stekker uit de ingebouwde autoadapter.
• Schroef de contactpunt van de autoadapter open door de
punt tegen de klok in te draaien.
• Haal de zekering eruit en plaats een nieuwe, onbe-
schadigde zekering van hetzelfde type (zie hoofdstuk
„Technische gegevens").
• Schoef de contactpunt op de autoadapter. Zorg er daarbij
voor dat de zekering in de contactpunt komt.
Opbergen
Alle onderdelen moeten volledig droog zijn voordat ze
worden opgeruimd.
• Bewaar de pomp altijd op een droge plek.
• Bescherm de pomp tegen di-rect zonlicht.
• Bewaar de pomp op een plek met kamertemperatuur
(tus-sen de 5 °C en 20 °C) die veilig afgesloten en voor
kinderen ontoegankelijk is.
11