8. Veiligheidsapparatuur
Oververhittingsbeveiliging
De verwarming is voorzien van een oververhittingsbeveiliging die de voeding uitschakelt wanneer deze wordt
geactiveerd. Verwijder onmiddellijk alles waardoor de verwarming wordt afgedekt (indien van toepassing), schakel het
apparaat UIT en trek vervolgens de stekker uit het stopcontact. Wacht totdat de verwarming voldoende is afgekoeld
voordat u deze weer inschakelt.
Als de verwarming na te zijn afgekoeld niet meer inschakelt, dan kan deze beschadigd zijn door te veel
hitte. Schakel het apparaat UIT, trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op met onze technische
ondersteuning of ander technisch personeel.
Omkantelschakelaar
De verwarming schakelt UIT als deze omvalt of tot over een veilige hoek kantelt. Zet de verwarming weer in de
normale rechtopstaande positie om de normale werking te herstellen.
9. Bedieningselementen
a) Afstandsbediening
Deze heeft een bereik van ongeveer 5 m.
1
°C
1
Aan-/uittoets (AAN/Stand-by-modus)
2
2
Insteltoets verwarmingsniveau (laag, gemiddeld, hoog)
3
Insteltoets timer
°C
4
Insteltoets temperatuur
3
5 Batterijvak (op achterzijde)
4
5
(omlaag/omhoog)
(omlaag/omhoog)
9