4.2.3 Opmerking voor de installateur van de wandbediening:
1) D e z e i n s t a l l a t i e h a n d l e i d i n g b e v a t i n f o r m a t i e o v e r d e
installatieprocedure van de wandbediening. Raadpleeg de
Installatiehandleiding van het binnentoestel voor de aansluiting van de
wandbediening en het binnentoestel.
2) Het circuit van de wandbediening is een zwakstroomcircuit. Verbind
hem nooit met een standaard 220V/380V-circuit of trek hem nooit door
dezelfde bedradingsbuis als het circuit.
3) De afgeschermde kabel moet stabiel worden geaard, anders kan de
transmissie falen.
4) Probeer de afgeschermde kabel niet te verlengen door hem
af te snijden, als dit noodzakelijk is, gebruik dan een Terminal
Connectieblok om hem aan te sluiten.
5) Gebruik na de aansluiting geen Megger voor de isolatiecontrole va
de signaaldraad.
28