Handleiding NX-534
Bij ingaven van ongeldige data in een bepaald segment zal de bediendeelzoemer een
foutsignaal (3 pieptoontjes) genereren en in het segment blijven wachten op een geldige data-
ingave.
OPTIE-DATA:
"Optie-data" geeft de toestand weer (aan of uit) van 8 eigenschappen die in een bepaald
segment van een adreslocatie geselecteerd kunnen worden.
Een bepaalde eigenschap kan in- of uitgeschakeld worden door de corresponderende cijfertoets
in te drukken op het bediendeel.
Niet geactiveerde eigenschappen zullen met een plat streepje (-) weergegeven worden.
Het invoeren van de segmenten geschiedt verder net zoals bij numerieke data.
4. Programmeermode verlaten
Tik de [Afwezig] toets in.
Men komt nu weer in het "te programmeren module" niveau terug.
Druk nogmaals op de [Afwezig] toets, als er geen bijkomende modules geprogrammeerd
dienen te worden, om de programmeermode verlaten.
Als er nog een bijkomende module dient geprogrammeerd te worden, dan kan deze
geselecteerd worden door het corresponderende modulenummer in te voeren gevolgd door [#].
De procedure voor het programmeren van bijkomende modules is dezelfde als deze voor het
programmeren van de centrale. De adreslocaties zijn nu echter deze van de geselecteerde
module.
Bij het verlaten van de programmeermode zal de centrale automatisch alle aangesloten
modules (inclusief bediendelen) registreren. Dit identificatieproces duurt ongeveer 12
seconden en wordt weergegeven door een "Service" indicatie.
Als een geregistreerde module door de centrale niet meer gedetecteerd wordt, dan zal na een
bepaalde tijd een "Service" indicatie weergegeven worden
Gebruikt 915 #, bij ingave van de adreslocatie van module 0, om nieuwe aangesloten modules
te registreren.
OPMERKING: als er binnen de 15 minuten geen toets ingedrukt wordt,
NP0095.1
05-12-2000
dan zal de programmeermode automatisch verlaten worden.
Data and design are subject to change without notice / Supply subject to availability
©
Copyright - Details as per general conditions of supply, 1996
8