VEILIGHEID
Lees de veiligheidsinstructies in het aparte boek-
je dat meegeleverd wordt met het apparaat.
LASERSTRALING – Klasse 2 Laserproduct. – Kijk
niet in de straal
EERSTE GEBRUIK
Verwijder alle beschermfolies.
Plaats de meegeleverde Li-ionbatterij op de juis-
te plaats [09] in het apparaat. Zorg ervoor dat de
batterijen volledig geladen zijn. De vier leds van
de batterij-indicatie lichten groen op.
Plaats 4 AA-alkalinebatterijen in de afstandsbe-
diening.
BATTERIJ EN LADER
LASER:
De meegeleverde li-Ionbatterij (14,8 V, 3400 mAh
- art.nr.: H60031) moet vastgeschroefd worden
op de toegewezen plaats op het apparaat.
Om het batterijniveau te controleren, druk op de
kleine stroomknop op de batterij om de stroom-
lichtjes (4 leds) te zien.
· 4 ledlichtjes:
> 75% stroom
· 3 ledlichtjes:
> 50% stroom
· 2 ledlichtjes:
> 25% stroom
· 1 ledlichtje:
< 25% stroom
Wanneer de batterij bijna leeg is, beginnen de
geprojecteerde laserlijnen traag te knipperen.
Het stroomlichtje [G] begint rood te knipperen.
Deze batterij kunt u opladen via de meegelever-
de 16 V - 2,6 A lader (art.nr.: H60032).
Om risico's te vermijden, gebruik enkel de
lader en batterij die meegeleverd worden met
het laserapparaat. U kunt de batterij laden
terwijl u het apparaat gebruikt.
LAAT EEN LADENDE BATTERIJ
NIET ONBEWAAKT ACHTER.
AFSTANDSBEDIENING:
De afstandsbediening werkt met 4 1,5 V AA-alka-
linebatterijen.
7