Download Print deze pagina

Advertenties

Gebruiksaanwijzing 3070
4. Druk op
om het instelscherm te verlaten.
Als u displayweergave 3 of 4 heeft geselecteeerd, meet het horloge het hoogtever-
schil. Zie "Hoogteverschil" voor meer informatie.
Hoogtegegevens opslaan
Bij een hoogtegegevens opslagbediening worden de gegevens in drie verschillende
gegevenssets opgeslagen: periodieke gegevenssets, een huidige sessie gegevensset
en een historische gegevensset.
Een nieuwe opslagbediening starten
1. Druk op
2. Houd
totdat REC op het display begint te knipperen, wat
aangeeft dat een nieuwe sessie in voortgang is.
Nadat u een opslagbediening start, slaat het
horloge elke 15 minuten periodieke gegevenssets
op. Zie "Periodieke gegevenssets" voor meer
informatie.
Gedurende een opslagbediening vernieuwt het horloge ook periodiek de huidige
sessie gegevensset. Zie "Huidige sessie gegevensset" voor meer informatie.
Nadat u een opslagbediening start, blijft de meting uitgevoerd worden en
knippert de REC indicator op het display, zelfs als u naar een andere functie
gaat.
3. Houd om een opslagbediening te stoppen A gedurende ongeveer een seconde
ingedrukt totdat REC van het display verdwijnt.
De opslagbediening stopt tevens automatisch wanneer periodieke gegevensset 40
wordt opgeslagen.
Het horloge vernieuwd de historische gegevensset continu terwijl een hoogteme-
ting plaatsvindt. Zie "Historische gegevensset" voor meer informatie.
U kunt opgeslagen gegevens oproepen met gebruikmaking van de gegevensop-
roepfunctie.
Periodieke gegevenssets
Tijdens een opslagbediening worden periodieke gegevenssets met tot maximaal 40
hoogtemetingen aangemaakt en in het geheugen opgeslagen.
U kunt de gegevensoproepfunctie gebruiken om deze gegevenssets te bekijken.
Hoe periodieke gegevenssets worden aangemaakt en opgeslagen
Noot
De volgende bediening wordt tegelijkertijd met de hieronder bij "Hoe huidige sessie
gegevens vernieuwd worden" beschreven bediening uitgevoerd.
a. Wanneer u een nieuwe opslagbediening start, maakt het horloge periodieke
gegevensset 1 aan, die de huidige datum (maand en dag), tijd en hoogte bevat.
Elke periodieke gegevensset bevat de huidige datum (maand en dag), tijd en
hoogte.
b. Vervolgens voert het horloge elk uur bij minutenwaarde 00, 15, 30 en 45 metingen
uit voor periodieke gegevenssets 2, 3, 4, etc..
c. Nadat periodieke gegevensset 40 is opgeslagen (of nadat u de opslagbediening
handmatig stopt door
ingedrukt te houden), maakt het horloge een laatste
periodieke gegevensset aan die de huidige datum (maand en dag), tijd en hoogte
bevat.
Huidige sessie gegevensset
De huidige sessie gegevensset bevat de hieronder beschreven gegevens. De inhoud
van deze gegevensset wordt met reguliere intervallen vernieuwd terwijl een opslagbe-
diening in voortgang is.
Gegevens
Maximale hoogte
Tijdens de huidige sessie bereikte maximale hoogte
(
)
Minimale hoogte
Tijdens de huidige sessie bereikte minimale hoogte
(
)
Totale hoogte-
Totale cumulatieve hoogtetoename tijdens de huidige sessie
toename (
)
Totale afdaling
Totale cumulatieve afdaling tijdens de huidige sessie
(
)
De maximale totale hoogtetoename en –afname is 99.995 meter (of 99.980 voet).
Nadat het maximum bereikt is, wijzigt elke waarde naar 0.
Hoe de huidige-bediening-gegevensset vernieuwd wordt
Noot
De volgende bediening wordt tegelijkertijd met de hieronder bij "Hoe periodieke
gegevenssets worden aangemaakt en opgeslagen" beschreven bediening uitgevoerd.
a. Als u
ingedrukt houdt om een opslagbediening uit te voeren, verwijdert het het
horloge alle gegevens die in de huidige sessie gegevensset zijn opgeslagen.
b. Het horloge meet de hoogte en berekent gegevens zoals hieronder beschreven en
vernieuwt de huidige sessie gegevensset overeenkomstig. Onthoud dat de meting
en opslag afhangt of het horloge in de hoogtemeterfunctie is.
In de hoogtemeterfunctie
Hoogtemeettype
Eerste 3 minuten
Elke 5 seconden
0 05
vernieuwd
Elke 5 seconden
2 00
vernieuwd
Buiten de hoogtemeterfunctie
De metingen worden elke 2 minuten en elk uur bij minutentellen 00, 15, 30 en 45 uitge-
voerd en de sessiegegevens overeenkomstig vernieuwd.
om de hoogtemeterfunctie te selecteren.
gedurende ongeveer een seconde ingedrukt

Beschrijving

Na 3 minuten
Elke 5 seconden vernieuwd
Elke 2 minuten en bij minuten-
telling 00, 15, 30 en 45 van elk
uur vernieuwd
Historische gegevensset
De historische gegevensset houdt de maximale en minimale hoogte en de totale
hoogtetoename en –afname bij gedurende diverse opslagbedieningen. De inhoud van
deze gegevensset wordt continu vernieuwd terwijl een hoogtemeetbediening
plaatsvindt.
Hoe de historische gegevensset vernieuwd wordt
Het horloge voert continu de volgende bedieningen uit terwijl een hoogtemeting
plaatsvindt.
Gegevens
De historische gegevenssetwaarde wordt vergeleken met
Maximale hoogte
de huidige sessiewaarde en de hoogste waarde wordt in
de historische gegevensset opgeslagen
De historische gegevenssetwaarde wordt vergeleken met
Minimale hoogte
de huidige sessiewaarde en de laagste waarde wordt in
de historische gegevensset opgeslagen
De huidige sessiewaarde wordt bij de historische
Totale hoogte-
gegevenssetwaarde opgeteld
toename
Totale afdaling
Zie "De historische gegevensset wissen" voor informatie over het wissen van de
historische gegevensset, waardoor alle gegevens weer vanaf 0 starten.
Andere hoogtemeterfuncties
In deze sectie worden overige in de hoogemeterfunctie beschikbare functies en
instellingen beschreven. Alle informatie in deze sectie is voor alle typen hoogtemeter-
functie-metingen van toepassing, tenzij anders aangegeven.
Een referentiehoogte instellen
Nadat u een referentiehoogte instelt, maakt het horloge de overeenkomstige
luchtdruk-naar-hoogte-conversieberekening. De hoogtemetingen die door het horloge
worden uitgevoerd, kunnen afwijkingen vertonen door luchtdrukveranderingen.
Derhalve adviseren wij dat u de referentiehoogte gedurende uw beklimming instelt
wanneer dit mogelijk is.
Een referentiehoogte instellen
1. Houd in de hoogtemeterfunctie
ongeveer twee seconden ingedrukt totdat OFF of de
huidige referentiehoogtewaarde op het display begint
te knipperen, wat aangeeft dat het instelscherm
geselecteerd is.
2. Druk op
hoogte 5 meter (20 voet) te verhogen of te verlagen.
U kunt de referentiehoogte binnen het bereik van –
10.000 tot en met 10.000 meter instellen (-32.800
voet tot en met 32.800 voet).
Als u tegelijkertijd op
en
drukt, verschijnt OFF (geen referentiehoogte), en
voert het horloge de luchtdruk-naar-hoogte-conversie uitsluitend gebaseerd op
ingestelde gegevens uit.
3. Druk op
om het instelscherm te verlaten.
Hoogtegrafiek
De hoogtegrafiek toont de hoogtemeterfunctie-
Hoogte
meetresulten.
De verticale grafiekas representeert de hoogte
waarbij elk punt voor 10 meter (40 voet) staat.
Tijd
De horizontale as representeert de tijd en de knipperende punt in de meest rechtse
kolom geeft het laatste meetresultaat aan. Gedurende de eerste drie minuten
respresenteert elk punt 5 seconden, daarna 2 minuten.
Een meting die buiten het bereik of fout is, leidt ertoe dat de puntenkolom voor die
meting leeg is.
Hoogteverschil
U kunt de hoogtemeterfunctie ook gebruiken om het hoogteverschil ten opzichte van
een specifieke referentiehoogte te meten. Door simpelweg op een enkele knop te
drukken wordt de huidige referentiewaarde op 0 ingesteld. Een hoogteverschilmeting
wordt telkens uitgevoerd wanneer het horloge een hoogtemeting uitvoert.
U moet een hoogteverschilmeting uitvoeren als u displayweergave 3 of 4 als
hoogtemeterfunctie-displayweergave selecteert.
Het hoogteverschilbereik is -3.000 meter (-9.980 voet) tot en met 3.000 meter
(9.980 voet).
Wanneer de gemeten waarde buiten het toegestane bereik is, wordt
plaats van de hoogteverschilwaarde getoond.
Het horloge horloge gaat ervan uit dat de referentiehoogte 0 is bij de eerste meting
nadat u de hoogtemeterfunctie-instelscherm verlaat.
Zie "Hoogteverschilmeting tijdens bergbeklimmen of wandelen gebruiken" voor
praktijkvoorbeelden van het gebruik van deze functie.
Hoogteverschilwaarde
De hoogteverschilwaarde op 0 instellen
Druk in de hoogtemeterfunctie op
Hierdoor start een hoogtemeting. Voor de hoogtever-
schilwaarde wordt 0 getoond nadat de meting is
afgerond.
U moet een hoogteverschilmeting uitvoeren als u
displayweergave 3 of 4 als hoogtemeterfunctie-
displayweergave selecteert.
Hoogteverschilmeting tijdens bergbeklimmen en wandelen gebruiken
Nadat u tijdens bergbeklimmen of wandelen op een specifieke locatie de referentie-
hoogtewaarde op 0 instelt, kunt u eenvoudig de hoogtewijziging tussen dat punt en
een ander punt meten.
Beschrijving
gedurende
(+) of
(-) om de huidige referentie-
in
.
7

Advertenties

loading