Installatie en bediening
Aansluiting op het lichtnet
•
Controleer of de technische specificaties van het apparaat (zie naamplaatje)
overeenstemmen met de gegevens van de lokale stroomvoorziening.
•
Sluit het apparaat aan op een enkele, voldoende beschermde aansluiting met
een beveiligd contact. Sluit het apparaat niet aan op een meervoudige
aansluiting.
•
Leg de verbindingskabel zo dat niemand erop kan lopen of erover kan
struikelen.
5.2
Bediening
Voorbereiden van het fruit en de groenten
•
Houd bij de bereiding van groenten en fruit rekening met de volgende richtlijnen
en gegevens uit onderstaande tabel.
•
Was vóór het persen van het sap, de vruchten en groenten zorgvuldig om
eventuele sporen van verontreiniging en gewasbeschermingsmiddelen te
verwijderen.
•
Gebruik alleen vers fruit of verse groenten om betere resultaten en een betere
smaak te bereiken.
•
Appels, ananassen, sinaasappels, druiven, meloenen, wortelen, selderij, rode
bieten en tomaten zijn bijzonder geschikt voor gebruik in een sapcentrifuge.
•
Sommige voedingsmiddelen zijn door hun harde consistentie niet geschikt voor
gebruik in een sapcentrifuge (bijv. kokosnoten).
•
Het is niet nodig om groenten met een dunne schil te schillen. Ze kunnen licht
worden afgeveegd met een spons om vuil of waslagen te verwijderen.
•
Fruit en groenten met een harde schil zoals meloenen, ananas en citrus moeten
worden geschild.
•
Verwijder dikke schillen van bijvoorbeeld citroenen, sinaasappels of ananassen.
•
Verwijder zaden en pitten van steenfruit zoals mango, papaya en ander fruit om
schade aan het mes in het filtermandje te voorkomen.
•
Sommige citrusvruchten zijn misschien bitter. Verwijder de pitten van dergelijke
vruchten vóór het persen van het sap.
•
Te grote groenten en fruit moeten in kleinere stukken worden gesneden.
Groenten of kegelvormige vruchten, zoals wortelen, moeten met het dunne
uiteinde eerst worden ingebracht.
150197
NL
11 / 22