ts14 R
Montagehandleiding – Droogsysteem ts14 R
1. Vloeropbouw ts14 R
NL
1.1 Ondergrond
Het ts14 R droogsysteem kan zowel op een betonnen als
houten ondergrond gemonteerd worden en is dankzij de
geringe opbouwhoogte zonder veel moeite in vrijwel elke
vloerconstructie te integreren.
Omdat droogsystemen, in tegenstelling tot conventionele
natte systemen, geen oneffenheden kunnen compenseren,
dienen specifieke voorwaarden met betrekking tot
de vlakheidstoleranties van de vloerconstructie in
beschouwing te worden genomen. Afhankelijk van
de gewenste vloeropbouw mogen de toegestane
toleranties met betrekking tot vlakheid, loodrechtheid
en hoeknauwkeurigheid volgens DIN 18202 niet
overschreden worden, omdat compensatie achteraf met
een droogsysteem niet mogelijk is.
1.2 Isolatieklasse
Afhankelijk van de gewenste vloeropbouw kan het
gewenst of nodig zijn om onder het ts14 R systeem (extra)
isolatie te voorzien.
Vanwege de bijzondere eisen aan de buigstijfheid van de
onderconstructie mogen alleen isolatiematerialen met een
hoge drukvastheid worden gebruikt, zoals bijvoorbeeld:
EPS DEO, XPS 200 kPa, etc.
De dikte van de isolatie is uiteraard afhankelijk van de
gewenste of vereiste isolatienormen.
1.3 Vloerconstructie met parket
Bij deze installatiewijze moeten de ts14 R systeemplaten
met de Ultrabond Eco Fix lijm op de dragende ondergrond
worden verlijmd. Het parket wordt dan zwevend,
eventueel voorzien van een geluidsisolerend membraan of
dampscherm, op de systeemplaten gelegd.
Bij het gebruik van geluidsisolerende membranen
onder de houten vloer moet met de gewenste
geluidsreductie (bepaald tijdens het ontwerp) rekening
worden gehouden. Met betrekking tot de toegestane
oppervlaktetemperaturen moet erop worden gewezen
dat de meeste parketfabrikanten hun houten vloeren
gebruiken met een maximale oppervlaktetemperatuur
2
ts14 R • 2022-10-01
De ondergrond moet dus voldoen aan de volgende eisen:
• De ondergrond moet droog zijn, draagkrachtig en vrij van
stof en vuil.
• De effenheidstoleranties moeten voldoen aan DIN 18202.
• De hoeknauwkeurigheid moeten voldoen aan DIN 18202.
• Planken vloerconstructies moeten worden vastgemaakt
om een torsiestijve constructie die niet doorbuigt te
kunnen garanderen.
Als de ondergrond niet aan deze eisen voldoet, kan
gebruik worden gemaakt van bv. zelfnivellerende
egalisatiemiddelen.
(direct op het houten oppervlak gemeten) van 27 °C, voor
zover de parket- of houtsoorten zijn goedgekeurd voor
gebruik met vloerverwarming.
Geschiktheid van het betreffende parket voor gebruik
op vloerverwarming, warmtedoorgangsweerstand en
de maximaal toegestane systeemtemperaturen kunt u
opvragen bij de fabrikant van het door u gekozen parket.
Bij een vloerstructuur met parket is het zinvol om op de
ts14 R droogsysteemplaten een PE-folie als scheidings-
en glijlaag te leggen. Dit zorgt voor een extra bescherming
van het hout tegen opstijgend vocht.