Inhoudsopgave
Advertenties
4.3. In gebruikname en maaiwerking
Voor ingebruikname:
Let op dat er genoeg brandstof in de tank zit en tank alleen
normale benzine van 85 octaan. Tanken met Super-benzine zorgt
voor motor storingen.
Let goed op dat het maaigebied vrij is van obstakels.
Pas op dat er geen omstanders zijn zoals kinderen en huisdieren.
Controleer of alle veiligheidsinstellingen aangebracht zijn.
Het starten van de machine:
Om de machine te starten moeten u aan de volgende
voorwaarden voldoen:
•
De handrem met de voet intrappen of blokkeren.
•
Voetpedaal niet bedienen. (in neutraal laten staan)
•
Het maaiwerk moet zich in de hoogste stand bevinden.
•
U moet op het zadel zitten.
Pas als deze 4 voorwaarden voltooid zijn gaat de groene controle
lamp branden. Dit geeft aan dat de machine gereed is voor
gebruik.
Bij een koude motor zet u de choke hendel naar voren in de
"choke" positie. De choke hendel is in de rijrichting rechts.
Als u de sleutel naar rechts draait start de motor. Nadat de
motor start schakelt u de choke hendel weer terug in de
neutrale positie. Daarna langzaam gas indrukken.
Is de motor warm, zet u de gashendel in het midden (linker
hendel). De choke hendel niet gebruiken.
Om achteruit te rijden drukt u op het voetpedaal aan de
rechter kant van de machine. Deze is met een pijl die achteruit
wijst aangegeven. Kijk naar achtere om onverwachte
hindernissen te vermijden. Wissel niet abrupt van achterwaarts
naar voorwaarts dit kan problemen veroorzaken in het
schakelingsysteem.
Let op: aan de linkerzijde van de machine onder de zitplaats zit
een hendel die naar voren moet wijzen als de motor aanstaat. Als
de hendel naar achter wijst moet u de hendel weer naar voren
duwen.
Let op: zware schade aan de versnellingsbak kan het gevolg
zijn als de tourno met de motor word aangedreven en de
hendel staat in de "hand" positie.
Inschakelen van het maaidek:
Het maaidek word ingeschakeld als het maaidek uit de rij positie
in de maai positie gezet word. Dit gebeurt met behulp van de
linker hendel die zich aan de rechter zijde van de zitplaats
bevind. De blokkering wordt opgeheven door de drukknop aan
de einde van de hendel in te drukken .
Om het maaidek in te schakelen verlaagt u het motortoerental,
om onnodig slijtage aan de elektromagnetische koppeling en de
V-snaren te voorkomen.
Als het maaidek ingeschakeld is zet u het motortoerental
langzaam op vol gas. Dit wordt bereikt als u de gashendel
helemaal naar voren duwt.
De machine is nu klaar voor het maaien.
Tips om goed te maaien:
Maai alleen met volgas.
Nat gras geeft minder tractie aan de aandrijfwielen en de
machine is moeilijker te bedienen. In het bijzonder op hellingen.
Het gazon maait u van buiten naar binnen. Voor een optimaal
maairesultaat moet u met een hoog toerental en een lage
rijsnelheid het gras maaien. Maai altijd alleen 1/3 van de
graslengte maar nooit meer als 5 cm om genoeg ruimte van het
gemaaide gras te behouden.
Als het maairitme is onderbroken na een lange vakantie of
hevige regenval dan moet u alleen in de hoogste stand maaien.
Het maaidek zal anders verstoppen. 2 maal maaien achter elkaar
met verschillende maaihoogtes zal dan succesvol zijn. U kunt
ook een plaat aan de achterzijde van de maaimachine
verwijderen.
Hierdoor wordt de doorlating van het gemaaide gras vergroot,
maar het mulch effect word wel verslechterd.
herinstellen van de maai hoogte gebeurt met de rechter hendel,
die zich aan de rechterkant van de zitplaats bevindt. De
maaihoogte kunt u in 7 verschillende niveaus verstellen. Om de
maaihoogte te veranderen drukt u op de drukknop aan de
versnellingshendel en beweegt deze naar boven of beneden.
Instellingen van het zadel en stuurwiel:
Voor een comfortabele zit alsmede een gemakkelijke op en
afgaan moeten het zadel en stuur in een ideale positie afgesteld
worden. Grote personen kiezen voor een zitpositie die naar
achter geplaatst is en een hogere positie van het stuurwiel, kleine
personen kiezen voor een voren geplaatste zitpositie en een
lagere positie van het stuurwiel.
Om de zitpositie te verstellen bevindt zich aan voorkant van het
zadel een hendel, zodat deze naar wens versteld kan worden.
Voor het verstellen van het stuurwiel is er aan de voorkant van
de vaste stuurpijp een stelchroef. Na het losmaken van deze
schroef kan het stuurwiel in de gewenste positie gebracht
worden. Na het verstellen altijd de schroef weer vast draaien.
Het afzetten van de motor:
Eerst trekt u het maaidek omhoog, wat daardoor uitgezet word
en door de messenrem tot stilstand komt.
Motortoerental verlagen door de gashendel naar achter te duwen.
Daarna de contactsleutel naar links draaien om de motor uit te
zetten.
Na een zware maaiklus wat een warme motor tot gevolg heeft
dient u de machine stationair enkele minuten door te laten lopen,
waardoor de machine kan afkoelen met koellucht. Daarna pas de
machine uitzetten.
De contactsleutel altijd uit het contact halen.
Advertenties
Inhoudsopgave
