Zoeken naar de buitensensor
Het weerstation kan door op de DOWN (▼)-toets te drukken, manueel worden
geactiveerd, om signalen van een externe sensor te zoeken.
Weergave van de temperatuur en luchtvochtigheid van de buitensensor (kanaal)
Statische weergave:
Druk op [CHANNEL] om metingen van de verschillende buitensensoren uit te
kiezen, overeenkomend met de kanalen 1, 2 of 3.
Automatisch zender zoekroutine weergeven:
Druk op [CHANNEL] totdat het symbool wordt weergegeven, om de automatische
zender-zoekroutine van alle kanalen te activeren. De metingen van de
buitensensor-kanalen worden afwisselend ieder, gedurende 5 seconden,
weergegeven.
Opmerking: De functie van de automatische zender-zoekroutine kan slechts worden
geactiveerd als er meerdere buitenzenders in gebruik zijn en deze op verschillende
kanalen zijn ingesteld.
Hoogste en laagste temperatuur
Die maximale en minimale temperatuur en luchtvochtigheid van binnen en buiten
wordt automatisch door het weerstation opgeslagen. Voor de weergave drukt u op
[MEM] en de bijbehorende indicator, [MAX] of [MIN] wordt weergegeven.
Druk 3 seconden op [MEM] om de opgeslagen gegevens van de max en min
temperaturen te wissen.
Alarmfunctie
Werkdag-alarm:
Het alarm gaat elke dag (ma-vr) op de van te voren ingestelde tijd, af.
Speciaal-alarm:
Een eenmalig alarm, dat slechts op één ingesteld tijdstip weerklinkt.
Instellen van het alarm
Druk op [SET] om tussen het werkdag-alarm, het speciaal-alarm en het prognose-
alarm te wisselen. De tijd wordt als 'OFF W-ALM' weergegeven als het alarm is
uitgeschakeld.
Druk 3 sec op [SET] en de uren gaan knipperen.
Kies de uren met UP [▲] of DOWN [▼].
Druk op [SET] om te bevestigen den de minuten zullen gaan knipperen.
Kies de minuten met UP [▲] of DOWN [▼] uit.
Druk op [SET] om de instelling te verlaten en de alarmsymbolen [
[
] worden geactiveerd.
14
], [ ] en
Meteoline Nederlands