Betekenis van de symbolen op het
35
voetpedaal
koppeling
rem
Voetpedaal rechts: "Koppeling/rem"
35
Als het pedaal half wordt ingedrukt, wordt er ontkoppeld.
Als men het pedaal volledig intrapt dan wordt er
ontkoppeld en wordt de schijfremmvan de aandrijving
gebruikt.
Als het voetpedaal volledig is ingedrukt, kan door de
blokkeerhendel in te drukken (met de hak van de
schoen) (naar links het voetpedaal in de functie "rem"
worden vastgezet.
Door het voetpedaal opnieuw in te drukken wordt de
vergrendeling opgeheven - de vergrendelhendel gaat terug
naar de beginstand.
Bedieningselementen voor de rijaandrijving
per type:
1. met handschakelhendel (voor hydrostaataandrijving)
2. met voetpedaal (voor hydrostaataandrijving)
3. met 5 versnellingsbak
Handschakelhendel (voor hydrostaa-
36a
taandrijving)
Instelbare standen van de versnellingsbak
Vooruit rijden
achteruit rijden
onbelaste loop.
Om veiligheidsredenen moet de schakelhendel bij het laten
opkomen van de koppeling van de rijaandrijving altijd in de
vrijstand
staan.
Voetpedaal (voor hydrostaataandrijving)
36a
Instelbare standen van de versnellingsbak:
Vooruit rijden:
Achteruit rijden:
en een stand met automatische vrij- loop.
- traploos instelbare,
- traploos instelbaar en een stand met
- traploos instelbaar,
- traploos instelbaar
NL
Schakelhendel (voor transmissie met 5
38
versnellingen)
Met de schakelhendel kunnen:
5 versnellingen vooruit,
1 versnelling achteruit en
1 stand met onbelaste loop worden ingeschakeld.
Instelhendel
39
Maaihoogteomzetting
Met de instelhendel wordt het maaimes opgetild of
neergelaten.
Er zijn zes standen beschikbaar. Om van een hogere in een
lagere stand te komen, moet bij het ontgrendelen de
drukknop op het uiteinde van de hendel worden ingedrukt.
Om in een hogere stand te komen moet u de hendel alleen
maar naar boven de gewenste stand in te trekken.
NL 15
voor