7. Meetwaarden laden en wissen
De resultaten van iedere succesvolle meting worden
samen met de datum en de tijd opgeslagen. Bij meer dan
60 meetgegevens gaan iedere keer de oudste meetgege-
vens verloren.
• Om de geheugenlaadmodus te openen, moet u de
bloeddrukmeter eerst inschakelen. Druk daarvoor op
de START/STOP-toets
• Selecteer na de volledige weergave binnen 3 secon-
den het gewenste gebruikersgeheugen (
geheugentoets M1 of M2.
– Als u de gemeten gegevens voor gebruikersgeheugen
wilt bekijken, drukt u op de geheugentoets M1.
– Als u de gemeten gegevens voor gebrui-
kersgeheugen
wilt bekijken, drukt u op
de geheugentoets M2.
.
) met de
Op het display wordt uw laatste meting weergegeven.
Als Bluetooth
is geactiveerd (het symbool
®
de display weergegeven), worden de meetgegevens
automatisch verzonden.
Als u op de M1/M2-toets drukt, wordt het verzenden
afgebroken en worden de gemiddelde waarden weerge-
geven. Het symbool
Als u gebruikersgeheugen1 hebt geselecteerd, moet
geheugentoets M1 worden gebruikt.
Als u gebruikersgeheugen2 hebt geselecteerd, moet
geheugentoets M2 worden gebruikt.
Op het display knippert A.
De gemiddelde waarde van alle in dit gebrui-
kersgeheugen opgeslagen meetwaarden
wordt weergegeven.
• Druk op de betreffende geheugentoets (M1 of M2).
Op het display knippert AM.
De gemiddelde waarde van de ochtendmetin-
gen van de laatste 7 dagen wordt weergege-
ven (ochtend: 5.00 uur – 9.00 uur).
• Druk op de betreffende geheugentoets (M1 of M2).
Op het display knippert PM.
De gemiddelde waarde van de avondmetin-
gen van de laatste 7 dagen wordt weergege-
ven (avond: 18.00 uur – 20.00 uur).
14
wordt op
wordt niet meer weergegeven.