NL
2.12.1. Speciale menu's
De speciale menu's zijn toegankelijk via menu 1.
Alle instellingen die hier worden beschreven, moeten worden doorgevoerd vanuit menu 1.
METPOINT
UD02
®
Speciaal menu 1 – correctie van de weergave bij afwijkend
margesignaal (marge instellen) Om de weergave te corrigeren bij een
afwijkende marge, stelt u met de toetsen >>▲<< en >>▼<< het getal „0238"
in. Bevestig de invoer door beide toetsen gelijktijdig in te drukken. 'FS S'
wordt weergegeven in het display. Het is nu noodzakelijk dat het apparaat
op druk wordt gebracht door middel van een drukreferentie. Hiervoor moet
de druk overeenkomen met de eindwaarde van het meetbereik. Druk
vervolgens nogmaals beide toetsen in zodat het actueel door de transmitter
verzonden signaal wordt opgeslagen als margesignaal. In het display
wordt vanaf nu de ingestelde eindwaarde van het meetbereik (End Point)
weergegeven, hoewel het sensorsignaal is verplaatst naar het margesignaal.
Let op dat het uitgangssignaal niet wordt beïnvloed door deze wijziging.
Speciaal menu 2 – op nul stellen van de weergave bij afwijkende offset
(offset instellen)
Om de weergave op nul te stellen bij een afwijkende offset, stelt u met
de toetsen >>▲<< en >>▼<< het getal „0247" in. Bevestig de invoer
door beide toetsen gelijktijdig in te drukken. In het display wordt 'of S'
weergegeven. Wanneer de offset afwijkt van de omgevingsdruk, dan is het
noodzakelijk door middel van een drukreferentie het apparaat op druk te
brengen. Hiervoor moet de druk overeenkomen met de beginwaarde van
het meetbereik. Om het actueel door de transmitter verzonden signaal op
te slaan als offset, drukt u beide toetsen nogmaals tegelijk in. In het display
wordt nu de ingestelde beginwaarde van het meetbereik (Zero Point)
weergegeven, hoewel het sensorsignaal is verplaatst naar de offset. Let op
dat het uitgangssignaal niet wordt beïnvloed door deze wijziging. Daarnaast
wordt gelijktijdig met het verplaatsen van de offset ook de margewaarde
aangepast (Full Scale).
Speciaal menu 3 – laden van de fabrieksinstellingen (Load Defaults)
Gebruik >>▲<< en >>▼<< om het getal „0729" in te stellen en bevestig dit
door beide toetsen tegelijk in te drukken. Druk vervolgens nogmaals tegelijk
op beide toetsen om te bevestigen.
Bij het laden van de fabrieksinstellingen worden alle eerder doorgevoerde
instellingen, de opgeslagen meetresultaten en ook het wachtwoord gereset.
Speciaal menu 4 – instellen van het wachtwoord
Gebruik >>▲<< en >>▼<< om het getal „0835" in te stellen en bevestig dit
door beide toetsen tegelijk in te drukken. Stel vervolgens met >>▲<< resp.
>>▼<< het gewenste wachtwoord in en bevestig dit door beide toetsen
tegelijk in te drukken.
Instelbare waarden: 0 ... 9999
OPMERKING!
Niet als wachtwoord gebruiken
0238, 0247, 0729 und 0835 mogen niet als
wachtwoord worden gebruikt.
Installatie- en gebruiksaanwijzing
15