Verhelpen van storingen
STORING
Licht wordt niet inge-
schakeld resp. licht wordt
uitgeschakeld bij aanwe-
zigheid en duisternis
Licht brandt bij aanwezig-
heid ondanks voldoende
lichtsterkte
Licht wordt niet uitge-
schakeld resp. licht wordt
spontaan ingeschakeld bij
afwezigheid
Storingsknipperen
(3x per seconde)
Oorzaak
Luxwaarde te laag ingesteld; melder op hal-
fautomatisch ingesteld; licht werd handmatig
met de drukknop of met afstandsbediening
uitgeschakeld; geen persoon in het detec-
tiebereik; obstakel(s) storen de detectie;
nalooptijd te kort ingesteld.
Luxwaarde te hoog ingesteld; licht werd
kort daarvoor handmatig met de drukknop
of met afstandsbediening ingeschakeld (30
min. wachten in de schakelmodus); melder in
testmodus.
Nalooptijd afwachten (zelflerend); thermische
storingsbronnen in het detectiebereikhete-
luchtverwarmers, gloeilamp/halogeenstraler,
zich bewegende objecten (bijv. gordijnen bij
open ramen).
Fout bij zelftest;
apparaat is defect!
27