Download Print deze pagina

VDH ALFANET 95 Gebruiksaanwijzing pagina 2

Advertenties

* Veranderen setpoint.
Druk op de SET toets zodat het setpoint in het scherm verschijnt. Laat de SET toets los. Door nu op
de SET toets te drukken tegelijk met de UP of DOWN toetsen kan het setpoint veranderd worden.
Enkele seconden na het loslaten van de toetsen verschijnt de gemeten waarde weer in het display.
* Status van de Relais.
Druk op de  C toets. De drie onderste segmenten lichten op en
de bovenste verticale segmenten geven de status van de vijf
relais aan zoals hiernaast is weergegeven. Hierbij is relais actief
als het segment oplicht.
* Starten/stoppen ontdooicyclus.
De ontdooicyclus wordt automatisch gestart en gestopt via
interne parameters. Ook kan er handmatig worden ontdooid;
Stoppen:
Wordt er ontdooid, dan kan de ontdooiing handmatig worden gestopt door tegelijk op
de DOWN en de UP toets te drukken.
Starten:
Wordt er niet ontdooid, dan kan de ontdooiing met de hand worden gestart door
tegelijk op de DOWN en de UP toets te drukken.
* Instelling interne parameters.
Naast het instellen van het setpoint zijn er een aantal interne instellingen mogelijk zoals de differenties,
voeler-offsets, setpointbereik, compressor instellingen, ventilator instellingen en de ontdooi
instellingen.
Door de DOWN toets langer dan 10 seconden in te drukken, komt men in het 'interne programmering
menu'. In het linkse display gaan het onderste en bovenste segment knipperen. Via de UP en DOWN
toetsen kan nu de gewenste parameter worden geselecteerd (zie tabel voor de parameters).
Wanneer de gewenste parameter geselecteerd is, kan door op de SET toets te drukken de waarde
van de parameter worden uitgelezen. Door nu op de UP en DOWN toetsen te drukken kan de
parameter worden veranderd.
Als na 20 seconden geen toets is ingedrukt, zal de ALFANET 95 weer naar de normale
bedieningsstand terugspringen.
* Afregeling voeler.
De regelvoeler wordt afgeregeld met behulp van de Offset regel voeler (parameter 05).
De ontdooivoelers worden afgeregeld met behulp van de Offset's ontdooi voelers (parameter 08 en
11). Voor het uitlezen van de ontdooisensor temperaturen wordt parameter 07 en 10 gekozen.
Wijst een voeler van de ALFANET 95 b.v. 2  C te veel aan, dan moet de desbetreffende Voeler Offset
met 2  C verlaagd worden.
* Foutmeldingen.
In het display van de ALFANET 95 kunnen de volgende foutmeldingen verschijnen:
LO
- Minimum alarm.
HI
- Maximum alarm.
E1
- Regelvoeler defect.
E2
- Ontdooivoeler-1 defect.
E3
- Ontdooivoeler-2 defect.
EEE
- Instellingen zijn verloren gegaan.
-L-
- In het geval van een kortgesloten voeler zal het display afwisselend de foutcode E..
en -L- weergeven, ter indicatie van een kortgesloten voeler.
-H-
- In het geval van een onderbroken voeler zal het display afwisselend de foutcode E..
en -H- weergeven, ter indicatie van een onderbroken voeler.
Oplossing E1/E2/E3:
- Controleer of voeler goed is aangesloten.
- Controleer voeler (1000  /25  C).
- Vervang voeler.
Oplossing EEE:
- Instellingen opnieuw in programmeren.
2

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Alphanet 95