Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Bediening

Batterij plaatsen
Let op
Zorg dat het oppervlak van het apparaat droog is en
het apparaat is uitgeschakeld.
1. De schroef van het batterijvak (8) losdraaien.
2. Verwijder het deksel van het batterijvak.
3. Verbind de nieuwe batterij met de juiste polen van de
batterijclip.
4. Plaats het deksel van het batterijvak weer en borg het met
de schroef.
Extern netdeel aansluiten
Het is mogelijk een extern netdeel aan te sluiten op het apparaat
(netdeel wordt niet meegeleverd). Hiervoor is in de zijkant van
het apparaat een aansluiting aangebracht (7). Controleer voor
het aansluiten van het apparaat dat het netdeel de juiste
uitgangsspanning heeft (9 V DC).
Apparaat inschakelen
Opmerking:
Houd er rekening mee dat bij het wisselen van de
gebruikslocatie van een koude naar een warme omgeving
condensvorming op de printplaat van het apparaat kan
ontstaan. Dit natuurkundig effect, dat niet te voorkomen is,
vervalst de meting. Het display toont in dit geval geen of
verkeerde meetwaarden. Wacht enkele minuten, tot het
apparaat zich heeft ingesteld op de gewijzigde omstandigheden,
voordat u een meting uitvoert.
1. Druk kort op de aan-/uit-toets (5).
ð Het display wordt ingeschakeld en het apparaat is klaar
voor gebruik.
NL
Apparaat kalibreren
De kalibratie bij voorkeur uitvoeren in een omgeving zonder
microgolven. Zo wordt gewaarborgd dat de latere
meetresultaten niet worden vervalst door een verkeerd
uitgevoerde kalibratie.
1. Druk op de toets ZERO (4) en houd deze ca. 3 seconden
ingedrukt, voor het kalibreren van het apparaat.
ð De meetwaardeweergave toont "0".
ð U kunt beginnen met de meting.
Meting voorbereiden
De meting voorbereiden als u een magnetron wilt controleren:
1. Plaats een glas koud water in de magnetron.
2. De regeling van de magnetron op het hoogste
vermogensniveau instellen.
3. Houd het meetapparaat gereed en de magnetron
ca. 1 minuut inschakelen.
Meting uitvoeren
1. Richt het apparaat op het meetgebied. Hierbij een afstand
van ca. 5 cm aanhouden.
2. Controleert u een magnetron, leidt de sensor dan op een
afstand van ca. 5 cm langzaam rond de deurafdichting en
over het venster in de deur van de magnetron.
ð De meetwaardeweergave (12) toont de actueel gemeten
waarde in mW/cm
Info
Wordt de grenswaarde van 5 mW/cm
knippert de LED (2) en klinkt een piepsignaal. Reinig in
dit geval de deurafdichtingen van de magnetron met
lauwwarm water en herhaal de meetprocedure. Laat
de magnetron door een technicus controleren als de
gemeten waarde de grenswaarde opnieuw
overschrijdt.
Waarschuwing voor hete oppervlakken
Verbrandingsgevaar! Laat het glas nog enige tijd in
de magnetron staan. Gebruikt indien nodig geschikte
handschoenen om het glas te verwijderen. Gebruik bij
verbranding direct koud water. Verwijder de natte
kledingstukken en laat koud water over de verbrande
huidplekken stromen. Raadpleeg een arts.
Maximale waarde weergeven
1. Druk kort op de toets MAX (6).
ð Op het display verschijnt de indicatie MAX (10) en HOLD
(11). De functie "Maximale waarde weergeven" is nu
actief. De meetwaardeweergave (12) toont nu in plaats
van de actuele waarde de hoogste gemeten waarden.
De weergave wijzigt alleen als nieuwe, hogere waarden
worden gemeten.
2. Druk opnieuw op de toets MAX (6), om de weergave van
de maximale waarde te beëindigen.
microgolf-stralingsmeetapparaat BR 15
2
.
2
overschreden,
5

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave