Scannen
Scanproces
De basisprocedure voor scannen met behulp van een computer die op de printer is aangesloten, is als
volgt:
Vanaf uw computer:
•
Zorg dat de scanfunctie op het apparaat is ingeschakeld en dat er een verbinding met uw
computer is gemaakt.
Op de printer:
•
Plaats de documenten.
Op de printer of op uw computer
•
Selecteer het verbindingstype voor scannen: Netwerk, Lokale PC, Netwerk-PC of WSD (alleen
Windows).
•
Selecteer de scanbestemming.
•
Selecteer de functies voor de scanopdracht.
•
Start de opdracht.
Scanmethoden
Het apparaat beschikt over de volgende methoden om een beeld te scannen via een lokale verbinding:
•
TWAIN: de communicatie tussen de computersoftware en het scanapparaat wordt geregeld door
TWAIN-drivers. Deze toepassing kan ook via een lokale verbinding of een netwerkverbinding in
verschillende besturingssystemen worden gebruikt.
•
WIA (Windows Image Acquisition): Voor het gebruik van deze toepassing moet uw computer op
de printer zijn aangesloten via een USB-kabel en moet Windows Vista of Windows 7, 8 of 10
worden uitgevoerd.
Voor informatie over scannen via TWAIN en WIA raadpleegt u
122
Xerox
B205-multifunctionele printer
®
Handleiding voor de gebruiker
Scannen via TWAIN en
WIA.