5
Bediening
De automatische draaideur mag uitsluitend worden bediend door een deskundig persoon, de exploitant
of een persoon die door de exploitant is geïnstrueerd.
5.1 Inbedrijfstelling
Vóór het inschakelen van de voeding:
• Ontgrendel eventueel aanwezige mechanische deurvergrendelingen.
• Controleer of zich op het bewegingspad van de deurvleugel geen voorwerpen bevinden zoals bijv.
stellingen, plantenbakken, paraplubakken etc.
• Schakel de voeding in en selecteer bijv. modus AUTOMAT 1.
Als de voeding net is ingeschakeld beweegt de deur de eerste keer langzaam en wordt op het
display H62 / H67 getoond. De besturing bepaalt de gesloten stand van de deurvleugel (H62) en
controleert het bewegingspad van de deurvleugel (H67).
De deur is nu gereed voor gebruik.
5.2 Bediening met de TORMAX bedieningseenheid
TORMAX bedieningseenheid
UIT
AUTOMAT 1
AUTOMAT 2
UITGANG
OPEN
Deblokkering van de bedieningseenheid
De bedieningseenheid kan via het slot of het codeslot u worden beveiligd tegen onbevoegde toegang.
• Slot deblokkeren = positie 0
of
• Code ... / ... / ... met bedieningseenheid invoeren. Standaardcode = 3 / 3 / 3. De code kan door de
monteur worden bepaald.
Voorbeeld met code 3 / 3 / 3. Druk de bovenste keuzetoets 3 × in, druk vervolgens de onderste keu-
zetoets 3 × in en druk dan binnen 15 sec. op de bovenste keuzetoets. Wacht na een onjuiste invoer
van de code minimaal 5 sec. Na succesvolle invoer van de code is de bedieningseenheid gedu-
rende 60 sec. vrijgeschakeld. De modus kan worden ingesteld. Binnen 60 sec. nadat u de laatste
keer op een toets heeft gedrukt, wordt de toegang weer automatisch weer geblokkeerd.
Keuze van modi
• Druk kort op keuzetoets 1 of 2. Het bijbehorende symbool van de modus brandt kort.
16
Gebruiksaanwijzing TORMAX iMotion 1301 / 1301.S / 1302.KI / 1401 T-1305 nl
Symbolen
voor modus
Keuzetoets 1
Deur elektrisch
vergrendeld
1
2
Handmatig bedrijf
3
4
Keuzetoets 2
T1321_1nl
T1427_4
Slot voor bedieningseenheid
1
0
1
www.tormax.com