De filter voorkomt, dat deeltjes en verontreinigingen in de warmtepomp
terecht komen. In de loop der tijd kan het filter verstoppen en moet wor-
den gereinigd.
Voor het reinigen van het filter hoeft de installatie niet te worden af-
getapt. Het filter is geïntegreerd in de afsluitkraan.
Filterreiniging
▶ Sluit het ventiel (1).
▶ Schroef de dop (met de hand) af (2).
▶ Filter uitnemen en onder stromend water of met perslucht reinigen.
▶ Controleer de magneet van de dop (3) op vervuiling en maak deze
schoon.
▶ Monteer de filter weer (4). Zorg er voor een juiste montage voor, dat
de geleidingen in de uitsparingen op het ventiel passen.
▶ Schroef de dop weer op (met de hand).
▶ Open het ventiel (5).
1
1.
2.
3
Afb. 6
Filterreiniging
Controleer de magnetietindicator
Na de installatie en opstart moet de magnetietindicator regelmatig ge-
controleerd worden. Wanneer veel magnetische vervuiling wordt afgezet
op de magnetische staaf in de deeltjesfilter en deze vervuiling regelmatig
een alarm veroorzaakt door de slechte doorstroming (bijvoorbeeld lage
of slechte doorstroming, of WP-alarm), moet een magnetietfilter (zie lijst
met toebehoren) worden geïnstalleerd om regelmatig aftappen van dit
onderdeel te voorkomen. Een filter verlengt tevens de levensduur van
componenten in de warmtepomp en de overige onderdelen van het ver-
warmingssysteem.
Compress 3400iAWS B – 6721827822 (2021/11)
2
4
5
2.
1.
0010033735-001
4.1.3
Controle van de overstortventielen
De overstortventielen moeten 1-2 maal per jaar worden gecontroleerd.
Uit de uitmonding van het overstortventiel kan water druppelen. De uit-
monding van het overstortventiel (afvoer) mag nooit worden afgesloten.
▶ Het veiligheidsventiel mag alleen druppelen, wanneer de maximaal
toegestane druk in de cv-installatie is overschreden. Wanneer het vei-
ligheidsventiel druppelt bij een druk minder dan 2 bar, de installateur
raadplegen.
▶ Voer de afvoer van het veiligheidsventiel af in het riool.
Onderhoud
21