Inhoud
1. Toepassing
2. Werkingsprincipe
3. Veiligheidstips
4. Voorbereiding
5. Ingebruikname
6. Werken met wielaandrijving
7. Uitschakelen
8. Laden van de batterijen
9. Wisselen en omgang met de batterijen
10. Storingen
11. Technische gegevens
12. Fabrikant
13. Garantie
1. Toepassing
De traploze wielaandrijving 510R is ontwikkelt voor onkruidbestrijding op grote oppervlakten. Zonder enige
krachtinspanning kan men de brander makkelijk over terreinen manoeuvreren.
2. Werkingsprincipe
Door de zekerheidsbeugel tegen de duwstang te drukken worden 2 draaiende drukrollen tegen de achterwielen
gedrukt. Hierdoor ontstaat een regelmatige voorwaartse beweging. De aandrijving word door 24V-batterij en een
24V motor gevoed.
3. Veiligheidstips
Voor ingebruikname de volledige gebruikshandleiding doorlezen!
Bewaar deze handleiding op een veilige plek, om in geval van nood deze te kunnen raadplegen.
Enkel de originele lader gebruiken!
Het laadapparaat mag alleen in gesloten, droge ruimten gebruikt worden.
4. Voorbereiding
Batterij vol opladen, (zie 8.2, laden van batterijen)
Controleer , of alle aansluitingen en elektrokabels in orde zijn.
5.
Ingebruikname
Zet de schakelaar (nr.1) in stand: positie „ I "
Aanduiding batterij (nr. 3)
groen = batterij het laden, oranje = batterij zwak, rood = batterij belasting
6. Werken met de wielaandrijving
Rijd met de infraweeder langzaam over het te behandelende onkruid.
De optimale snelheid kan met de Draaihendel (nr.2) vastgezet en ingesteld worden.
Pos. 1 = traag, Pos. 2 = medium, Pos. 3 = snel
Door het bedienen van de veiligheidsbeugel (nr.4) begint het apparaat te rijden.
7. Uitschakelen
De veiligheidsbeugel (nr. 4) vrijlating. De schakelaar (nr.1) op positie „ 0 " zetten.
Batterijen aan laadapparaat aansluiten en opladen.
BB 1.19 Master BE-NL