Gebruiksaanwijzing
Horloge model 3265
Kennismaken met het horloge
Gefeliciteerd met de aanschaf van uw CASIO-horloge. Om het meeste profijt van uw
horloge te kunnen hebben, is het belangrijk dat u deze handleiding zorgvuldig leest.
• Bewaar alle gebruikersdocumentatie zodat u deze later nog eens kunt raadplegen.
Waarschuwing!
• De in dit horloge ingebouwde meetfuncties zijn niet bedoeld om metingen te doen
waarvoor professionele of industriële precisie vereist is. De waarden die dit horloge
produceert, moet u slechts zien als een redelijk nauwkeurige benadering.
• De gegevens ten aanzien van geografische lengte, vloedinterval, maanfase-indica-
tor, maanleeftijd en getijdengrafiek die op de display van dit horloge verschijnen,
zijn niet bedoeld voor navigatiedoeleinden. Gebruik altijd de juiste instrumenten en
bronnen om gegevens voor navigatiedoeleinden te verkrijgen.
• Dit horloge is geen instrument om de eb- en vloedtijden te berekenen. De getijden-
grafiek van dit horloge is bedoeld om een redelijke benadering van de getijden te
geven.
Algemene richtlijn
• Druk op [C] om van de ene modus naar de andere te gaan.
• Druk in ongeacht welke modus op L om de display te verlichten.
Tijdfunctiemodus
Tijdfunctie
Dag van de week
Getijdengrafiek
Gebruik de Tijdfunctiemodus om de huidige tijd en
datum in te stellen en te bekijken.
• De getijdengrafiek toont de getijden op de actuele
datum in overeenstemming met de actuele tijd in de
Tijdfunctiemodus.
Belangrijk!
• Stel voor gebruik van deze functies altijd eerst de
PM-indicator
Maand – Dag
juiste tijd, datum en tijdzone in (die gelden voor de
locatie waar u het horloge gebruikt). Zie "Tijdzonege-
Uren : Minuten Seconden
gevens" voor meer informatie.
De tijd en datum instellen
In dit horloge zijn de verschillende UTC-tijdzones van de hele wereld voorgeprogram-
meerd. Voordat u de tijd instelt, moet u eerst de UTC-compensatiewaarde instellen
voor uw tijdzone (de plaats waar u het horloge normaliter zult gebruiken).
• Denk eraan, dat de tijden in de Wereldtijdmodus allemaal worden weergegeven
overeenkomstig de datum en tijd die u in de Tijdfunctiemodus instelt.
De tijd en de datum instellen
1. Houd in de Tijdfunctiemodus [A] ingedrukt totdat de
seconden gaan knipperen; dit is het instelscherm.
• Stel altijd eerst het juiste UTC-tijdverschil in voor
uw tijdzone voordat u andere instellingen van de
Tijdfunctiemodus wijzigt.
• Raadpleeg de "UTC-compensatiewaarde-/Stads-
codetabel" achterin deze handleiding voor meer
Seconden
informatie over de UTC-tijdverschillen die worden
ondersteund.
2. Druk op [C] om de knipperende positie te verplaatsen in de hieronder weergegeven
volgorde om andere instellingen te selecteren.
Stadscode
DST (zomertijd)
Knipperwaarschuwing
3. Wanneer de instelling die u wilt wijzigen knippert, gebruikt u [D] en/of [B] om deze te
wijzigen op de manier zoals hieronder is beschreven.
Scherm
Om dit te doen:
De seconden terugzetten naar
Schakelen tussen, zomertijd (
Het UTC-tijdverschil instellen
De uren of minuten wijzigen
Jaar, maand of dag wijzigen
• Raadpleeg het gedeelte "Zomertijd (DST) instellen" voor meer informatie over het
instellen van de zomertijd.
• Het UTC-compensatiebereik is -12,0 tot +14,0 in stappen van 0,5 uur.
• Wanneer zomertijd is ingeschakeld, is het UTC-compensatiebereik -11,0 tot
+15,0 in stappen van 0,5 uur.
• Raadpleeg "Knipperwaarschuwing" voor informatie over Knipperwaarschuwing.
4. Druk twee keer op [A] om het instelscherm te verlaten.
• De dag van de week wordt automatisch weergegeven overeenkomstig de instel-
lingen van de datum (jaar, maand en dag).
Getijden-/Maangegevensmodus
Druk op C
Alarmsignaalmodus
UTC-tijdverschil
Uur
Minuten
Dag
Maand
Jaar
Doet u dit:
Druk op [D]
) en standaardtijd (
).
Druk op [D]
Gebruik [D] (+) en [B] (–).
Gebruik [D] (+) en [B] (–).
Gebruik [D] (+) en [B] (–).
movi ng t i me for wa rd
Over deze handleiding
Wereldtijdmodus
Afteltimermodus
Stopwatchmodus
Schakelen tussen 12-uursweergave en 24-uursweergave van de tijd
Druk in de Tijdfunctiemodus op [D] om te schakelen tussen de 12-uurs- en de 24-uurs-
weergave van de tijd.
• In de 12-uursweergave verschijnt er een PM-indicator (P) links naast de uuraandui-
ding voor tijden tussen 12.00 uur 's middags en 23.59 uur. Er wordt links naast de
uuraanduiding geen indicator weergegeven tussen middernacht en 11.59 uur.
• Bij de 24-uursweergave worden de tijden tussen 0.00 en 23.59 uur zonder aparte
indicator weergegeven.
• De 12-/24-uursweergave van de tijdfunctie die u selecteert in de Tijdfunctiemodus
wordt toegepast op alle andere modi.
Zomertijd (DST) instellen
Zomertijd (Daylight Saving Time) zet de tijdsinstelling één uur vooruit ten opzichte van
de standaardtijd. NB: Niet alle landen - zelfs niet alle regio's - gebruiken de zomertijd.
De tijd in de Tijdfunctiemodus schakelen tussen zomertijd en standaardtijd
Aan-/uitstatus
DST-indicator
Tijdzone-instelling
Gegevens voor de maanleeftijd, getijdengrafiek en de Getijden-/Maangegevensmo-
dus worden niet juist afgebeeld tenzij u de woonplaatsgegevens (UTC-compensatie,
geografische lengte en vloedinterval) juist zijn ingesteld.
• Het vloedinterval is de tijd die verstrekt vanaf de overgang van de maan over een
meridiaan tot de volgende vloed op die meridiaan. Zie "Vloedinterval" voor meer
informatie.
• Dit horloge beeldt de vloedintervallen af in uren en minuten.
• Zie de "Gegevenslijst locatie/Vloedinterval" achterin deze handleiding voor meer
informatie over UTC-compensatie en geografische lengte wereldwijd.
• Hieronder staan de standaardtijdzonewaarden (voor Tokio, Japan) die zijn ingesteld
bij aanschaf van het horloge en telkens wanneer u de batterij vervangt. Wijzig deze
instellingen naar die van de tijdzone waar u dit horloge wilt gebruiken. UTC-com-
pensatie (+9,0); Geografische lengte (140 graden oosterlengte); Vloedinterval (5 uur,
20 minuten)
De woonplaatsgegevens instellen
Geografische lengte
(oost/west)
Lengtegraad
Waarde geografische
Geografische lengte
lengte
5. Wanneer de instelling die u wilt wijzigen knippert, gebruikt u [D] and [B] om deze te
wijzigen op de manier zoals hieronder is beschreven.
© CA S I O B e n e l u x B .V. A m s t e l v e e n -
• Afhankelijk van het model van uw horloge wordt de
tekst op uw display weergegeven als donkere karakters
tegen een lichte achtergrond of als lichte karakters
tegen een donkere achtergrond. Alle voorbeelden van
de display in deze handleiding worden weergegeven als
donkere karakters tegen een lichte achtergrond.
• De bediening van de knoppen wordt weergegeven met
behulp van de letters zoals getoond in de illustratie.
• Ieder hoofdstuk van deze handleiding geeft informatie
over wat u in iedere modus moet doen. Meer gegevens
en technische informatie kunt u terugvinden in het
hoofdstuk "Detailinformatie".
• Om te zorgen dat u vele jaren van dit horloge gebruik
kunt maken – daarvoor is het uiteindelijk ontworpen
– dient u de aanwijzingen bij "Voorzorgsmaatregelen
bediening" en "Gebruikersonderhoud" zorgvuldig te
lezen en op te volgen.
1. Houd in de Tijdfunctiemodus [A] ingedrukt totdat de
seconden gaan knipperen; dit is het instelscherm.
2. Druk één keer op [C] om naar het instelscherm voor de
zomertijd te gaan.
3. Druk op [D] om heen en weer te schakelen tussen zo-
mertijd (
afgebeeld) en standaardtijd (
4. Druk twee keer op [A] om het instelscherm te verlaten.
• De zomertijdindicator (DST) verschijnt op de scher-
men voor tijdweergave en getijden-/maangegevens
om aan te geven dat de zomertijd is ingeschakeld.
In de Getijden-/Maangegevensmodus verschijnt
de DST-indicator alleen op het Getijdengegevens-
scherm.
1. Houd in de Tijdfunctiemodus [A] ingedrukt totdat de
seconden gaan knipperen; dit is het instelscherm.
2. Druk twee keer op [C] om het instelscherm voor het
UTC-tijdverschil weer te geven, en controleer of deze
instelling klopt.
• Als het UTC-tijdverschil niet klopt, gebruikt u [D] (+)
en [B] (–) om dit te wijzigen.
3. Druk op [A] om het instelscherm voor de geografische
lengte weer te geven.
4. Druk op [C] om de knipperende positie te verplaatsen in
de hieronder weergegeven volgorde om andere instel-
lingen te selecteren.
Vloedinterval Uren
(oost/west)
W W W. C A S I O . N L
afgebeeld).
Vloedinterval Minuten