8.3 Montagemogelijkheden
Het toestel is ontworpen als een hangend toestel en kan
tegen praktisch elke wand worden bevestigd. De muur
dient vlak en stevig genoeg te zijn voor het gewicht van het
toestel. Naast de ophangstrip zijn er een tweetal speciale
panelen: het repeterende prefabpaneel en het keukenkast-
paneel.
Prefab-montage met het repeterende
prefabmontagepaneel
Voor prefab-montage is een prefabmontagepaneel
beschikbaar. Het paneel kan vele malen worden gebruikt
omdat het na fixatie van de leidingen wordt verwijderd. Het
wordt in de volgende volgorde gebruikt:
•
De ophangstrip wordt aan de muur bevestigd.
•
Het prefab-paneel wordt aan de ophangstrip
bevestigd;
•
De leidingen van de installatie, die later aan het toestel
worden gekoppeld, kunnen eenvoudig op de juiste
maat en de juiste plaats gefixeerd worden;
•
Het paneel wordt verwijderd, waarna het toestel aan de
ophangstrip wordt opgehangen. De vooraf gefixeerde
leidingen zitten nu op de juiste plaats, zodat ze eenvou-
dig met schuifsokken aan het toestel kunnen worden
verbonden.
Prefab "keukenkast"-paneel
Bij het toepassen van dit paneel komt het toestel 5 cm van
de muur te hangen. Hierdoor kunnen zowel de cv-leidin-
gen als de tapwaterleidingen achter het toestel langs
omhoog worden gebracht.
Door deze mogelijkheid is het toestel eenvoudig in een
(keuken-)kast te monteren. Het paneel heeft de volgende
voordelen:
•
Een vrije ruimte van 5 cm achter het toestel. Hierbij
kunnen de cv-leidingen en de tapwaterleidingen elkaar
kruisen
•
De leidingen kunnen helemaal geprefabriceerd
worden.
•
Het ophangen vindt plaats met een speciale ophang-
strip, waardoor het toestel eenvoudig op zijn plaats
geklikt kan worden.
Deze aansluitset is voorzien van aftapkranen voor de cv-
en tapwaterleidingen en koppelingen voor alle toestel-
aansluitingen.
8.4 Benodigde vrije ruimte
In verband met het ophangen, aansluiten en inspectie of
service-werkzaamheden dient er rondom het toestel een
minimale ruimte vrij te blijven.
Advies:
Zijkant
15 cm
Onderkant
100 cm
Bovenkant
afhankelijk van
rookgasafvoer
Voorkant
>50 cm
Let op!
Bij afwijking van de geadviseerde vrije ruimte wordt de
bereikbaarheid van het toestel voor service-doeleinden
beperkt.
Minimaal:
4 cm
25 cm
27 cm
(bij de concentrische
geveldoorvoer)
50 cm
(1,5 cm bij gesloten deur)
8.5 Rookgasafvoer en luchttoevoer:
opstellingsmogelijkheden en
weerstandsberekening
Voor alle opstellingssituaties geldt het volgende:
•
Weerstand
De toegestane weerstand van het luchttoevoer- en
rookgasafvoersysteem is aan een maximum
gebonden. Controleer dit aan de hand van een
weerstandsberekening.
•
Condens of regenwater in de rookgasafvoerpijp
Horizontale verbrandingsgasafvoerpijp
minimaal 50 mm/m op afschot leggen!
Het condenswater en eventueel
regenwater loopt nu naar het toestel terug.
•
Condens op buitenzijde luchttoevoerpijp
Als de luchttoevoerpijp door warme, vochtige ruimtes
loopt, kan er aan de buitenkant van deze pijp condens-
vorming optreden. Om dit te voorkomen dient in dit
geval deze pijp dampdicht geïsoleerd te worden.
•
Regelgeving rookgasafvoersysteem
Houd rekening met de plaatselijke eisen van bijv.
brandweer, hinderwet en gasbedrijf.
•
Mogelijke ijspegelvorming
Indien er ijspegelvorming kan optreden bij de
afvoeren, de uitmonding niet situeren op plaatsen
waaronder zich personen kunnen begeven of waarbij
schade kan ontstaan door loslatende pegels.
•
Twee aansluitmogelijkheden
Figuur 8.1 Twee aansluitmogelijkheden voor de luchttoevoer
Er kan gebruik worden gemaakt van één van de twee
luchttoevoeraansluitingen (1 of 3). Hinderlijk kruisen
van pijpen wordt hiermee voorkomen. De middelste
aansluiting (2) is voor de verbrandingsgasafvoer.
Tevens is een concentrische aansluiting mogelijk.
•
Geluidsproductie bij een werkend toestel.
Het toestel produceert een bepaald minimum geluids
niveau. Houd met de keuze van de opstelling rekening
met een geringe geluidsproductie. Het is bijv. af te
raden om het toestel in een vrije opstelling op een
slaapkamer te plaatsen.
•
Witte condenspluim op de rookgasafvoerpijp
Omdat de ECONPACT een HR-toestel is, zal er zoveel
energie uit de verbrandingsgassen worden gehaald
dat deze condenseren. Hierdoor kan er op de
rookgasafvoerpijp een condenspluim ontstaan.
Houd hier rekening mee.
15