Bedieningspaneel PU-5
Op de voorzijde van het bedieningspaneel zijn te
vinden:
1- Knop van het in-/uitschakelen van de ventilatie
modus;
2- Knop van het in-/uitschakelen van de
verwarmingstand
3-
LED
van
verwarmingsmodus
4 - Led van het weergeven van de ventilatie
modus;
5 – Knop voor temperatuur regeling.
LED van pos. 3 toont de status van de verwarmer:
- gele licht brandt - verwarmingsmodus;
- geel knippert - tijdens het afkoelen;
- rood knippert- als er een storing ontstaat;
- brandt niet - als de kachel niet werkt.
LED van pos. 4 toont de werkstatus van de ventilatie modus:
- groene licht brandt - als de externe temratuur sensor niet is aan gesloten
- groen knippert - ventilatie modus wordt uitgeschakeld;
- gele licht brandt - als de externe temratuur sensor is aangesloten werkt de kachel
met ventilatie functie;
- brandt niet bij niet werkende verwarmer,.
Werking van het bedieningspaneel
Bij het aansluiten van de kachel op het elektrisch circuit knippert de indicator van pos.
4 groen om aan te tonen dat het juist is aangesloten
Knop van pos. 1 is bestemd voor
- in- en uitschakelen van de ventilatie;
- in- en uitschakelen van de ventilatie tijden de verwarming (als de externe
thermostaat is aangesloten);
Knop van pos. 2 is bestemd om kachel in de verwarmingsmodus in te schakelen (voor
onbepaalde tijd) en om uit te schakelen.
Knop van pos. 5 is bestemd voor:
- het regelen van de snelheid van het draaien van de ventilator in de ventilatie modus;
- het regelen van de warmtehoeveelheid van de kachel van min tot max KW in de
verwarmingsmodus;
- het regelen van de gewenste temperatuur vanaf 1°С (of 15°С*) tot 30°С in de
modus van de verwarming bij een aangesloten externe thermostaat.
* - Afhankelijk van de versie en het bouwjaar van de verwarmer.
het
weergeven
van
de
3
.
.