Bedieningshandleiding
Inspecties
Test de stuurinrichting
24 Druk de voetschakelaar in.
25 Druk de duimschakelaar op de rij-joystick in de
richting aangegeven door de blauwe driehoek op
het bedieningspaneel OF beweeg de joystick
langzaam in de richting aangegeven door de
blauwe driehoek.
Resultaat: De stuurwielen dienen in de richting te
draaien waarin de blauwe driehoeken op het
rijchassis wijzen.
26 Druk de duimschakelaar in de richting
aangegeven door de gele driehoek op het
bedieningspaneel OF verplaats de rij-joystick
langzaam in de richting aangegeven door de gele
driehoek.
Resultaat: De stuurwielen dienen in de richting te
draaien waarin de gele driehoeken op het
rijchassis wijzen.
32
Test het rijden en de remmen
27 Druk de voetschakelaar in.
28 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
die wordt aangegeven door de blauwe pijl op het
bedieningspaneel tot de machine gaat rijden en
zet de joystick vervolgens weer in de middelste
stand.
Resultaat: De machine dient zich te verplaatsen
in de richting waarin de blauwe pijl op het
rijchassis wijst en vervolgens abrupt te stoppen.
29 Verplaats de joystick langzaam in de richting die
wordt aangegeven door de gele pijl op het
bedieningspaneel tot de machine gaat rijden en
verplaats de joystick vervolgens weer naar de
middelste stand.
Resultaat: De machine dient zich te verplaatsen
in de richting waarin de gele pijl op het rijchassis
wijst en vervolgens abrupt te stoppen.
Opmerking: De remmen moeten in staat zijn de
machine tegen te houden op elke helling die door de
machine kan worden genomen.
S-80 • S-85
Negende uitgave • Tweede druk
Onderdeelnr. 1258938DU