4.3. Verbinding van de AC-bekabeling
De Quattro-II is een product van veiligheidsklasse I (geleverd met een aardingsklem voor
veiligheidsdoeleinden). De AC-ingangs- en / of uitgangsklemmen en / of het aardingspunt aan de
buitenkant van het product moeten om veiligheidsredenen voorzien zijn van een ononderbreekbaar
aardingspunt.
De Quattro-II is voorzien van een aardingsrelais (relais H, zie bijlage B) dat automatisch de neutrale
uitgang met het chassis verbind indien geen AC-voeding beschikbaar is. Als er een externe AC
voorziening aanwezig is, gaat het aardrelais H open voordat het ingangsveiligheidsrelais sluit. Dit zorgt voor
de juiste werking van een aardlekschakelaar die is aangesloten op de uitgang.
• In een vaste installatie kan een onderbrekingsloze aarding worden vastgezet door middel van de
aardingsdraad van de AC-ingang. Anders moet de behuizing worden geaard.
• Bij een mobiele installatie (bijvoorbeeld met een walstroomstekker) zal het onderbreken van de walstroom
verbinding tegelijkertijd de aardingsverbinding verbreken. In dat geval moet de behuizing worden
aangesloten op het chassis (van het voertuig) of op de romp of aardingsplaat (van de boot).
In het geval van een boot wordt directe verbinding met de wal niet aanbevolen vanwege mogelijke
galvanische corrosie. De oplossing hiervoor is het gebruik van een scheidingstransformator.
Aanbevolen aandraaimoment: 1,6 Nm
Deze unit of dit systeem is voorzien van vaste uitschakelgrenzen en mag niet worden samengevoegd tot meer
dan 30 kW op een enkel punt van gemeenschappelijke aansluiting.
Een plat gereedschap van 2,5 mm (bijv. een schroevendraaier) is nodig om de AC-klemmenblokken met veermechanisme te
bedienen.
De klemmenblokken zijn te vinden op de printplaat, zie Bijlage A.
Verwissel de nul en fase niet bij het aansluiten op de AC.
De omvormer komt met een transformator die de frequentie van de netspanning isoleert. Dit sluit de mogelijkheid van
gelijkstroom op elke AC-poort uit.
Daarom kunnen aardlekschakelaars van het type A worden gebruikt.
• AC-in-1
De AC-ingangskabel kan aangesloten worden op het klemmenblok "AC-in-1". Wanneer AC-spanning beschikbaar is op deze
klemmen, dan zal de Quattro II deze aansluiting gebruiken. Meestal wordt een aggregaat aangesloten op AC-in-1.
Van links naar rechts: "N" (neutraal), "PE" (aarde) en "L" (fase).
De AC-in-1-ingang moet worden beschermd door een zekering of een magnetische stroomonderbreker met een
waarde van 50 A of minder en de kabel moet een passende dwarsdoorsnede hebben. Als de ingangswisselstroomtoevoer
een lagere waarde heeft, moet de zekering of magnetische stroomonderbreker dienovereenkomstig worden verlaagd.
• AC-in-2
Een tweede AC-ingangskabel kan worden aangesloten op het klemmenblok "AC-in-2". Wanneer AC-spanning beschikbaar is
op deze klemmen, dan zal de Quattro II deze aansluiting gebruiken, tenzij ook spanning beschikbaar is op AC-in-1. De Quattro
II zal dan automatisch AC-in-1 selecteren. Meestal wordt de hoofdvoeding of walspanning aangesloten op AC-in-2.
Van links naar rechts: "N" (neutraal), "PE" (aarde) en "L" (fase).
De AC-in-2-ingang moet worden beschermd door een zekering of een magnetische stroomonderbreker met een
waarde van 50 A of minder en de kabel moet een passende dwarsdoorsnede hebben. Als de AC stroomtoevoer een
lagere waarde heeft, moet de zekering of magnetische stroomonderbreker dienovereenkomstig worden verlaagd.
Opmerking: De Quattro II zal wellicht niet opstarten wanneer AC alleen beschikbaar is op AC-in-2 en DC-accuspanning
10 % of meer lager is dan nominaal (minder dan 22 volt in het geval van een 24 volt-accu).
Oplossing: sluit AC-vermogen aan op AC-in-1, of laad de accu opnieuw.
• AC-OUT-1
De AC-uitgangskabel kan direct verbonden worden met het aansluitblok "AC-OUT".
Van links naar rechts: "N" (neutraal), "PE" (aarde) en "L" (fase)
Met de PowerAssist-functie kan de Multi tot 5 kVA (dat is 5000 / 230 = 21 A) toevoegen aan de uitgang tijdens perioden waar
piekvermogen nodig is. Samen met een maximale ingangsstroom van 50 A betekent dit dat de uitgang tot 50 + 21 = 71 A kan
leveren.
Een aardlekschakelaar en een zekering of stroomonderbreker die geschikt is om de verwachte belasting te ondersteunen,
moeten in serie met de uitgang worden meegeleverd en de doorsnede van de kabel moet dienovereenkomstig worden
aangepast.
Pagina 15
Quattro-II
Installatie