5.2.1 Montage in de blaasmodus
(afb. 4a/4b)
Steek de in punt 5.1 voorbereide blaasbuis
(afb. 4a/pos. 8) op de adapter (afb. 4a/
pos. A) aan het motorhuis. Zorg ervoor dat
hij goed vastklikt.
Breng de draagriem (afb. 4b/pos. 4) zoals
getoond in afb. 4b aan aan het motorhuis.
De demontage gebeurt in omgekeerde
volgorde. Om de blaasbuis te demonteren
de knop (afb. 4a/pos. B) indrukken en de
blaasbuis eraf trekken.
5.2.2 Montage in de zuigmodus
(afb. 5a-5f)
Draai de stervormige schroef (afb. 5a/pos. A)
los en klap de afdekking (afb. 5a/pos. B)
open. Hang de in punt 5.1 voorbereide zuig-
buis (afb. 5b/pos. 2) in aan het motorhuis
en klap hem tegen het motorhuis zoals
getoond in afb. 5b. Nu fi xeert u hem met de
stervormige schroef (afb. 5c/pos. A).
Breng de draagriem (afb. 5d/pos. 4) zoals
getoond in afb. 5d aan aan het motorhuis.
GFLS 3002_EX_NL_SPK7.indb 17
GFLS 3002_EX_NL_SPK7.indb 17
N
Steek de opvangzak (afb. 5e/pos. 7) op de
adapter (afb. 5e/pos. A) aan het motorhuis.
Zorg ervoor dat hij goed vastklikt. Fixeer de
opvangzak zoals getoond in afb. 5f met de
beide haken aan de zuigbuis.
Om de opvangzak te demonteren de knop
(afb. 5e/pos. B) indrukken en de blaasbuis
eraf trekken. De overige demontage gebeurt
in omgekeerde volgorde.
Neem het apparaat pas dan in bedrijf, als u
de montage volledig heeft afgesloten. Vóór
elke inbedrijfstelling moet de aansluitlei-
ding van het apparaat op tekenen van be-
schadigingen worden onderzocht; de kabel
mag alleen in foutloze toestand worden
gebruikt.
Een onveilige inzet van het apparaat wordt
verhinderd door meerdere veiligheids-
schakelaars. Zorg er daarom voor dat de
volgende componenten goed zijn bevestigd;
anders kan de machine niet worden inge-
schakeld.
In de blaasmodus: blaasbuis (afb. 4a/
•
pos. 8) en afdekking (afb. 5a/pos. B)
In de zuigmodus: zuigbuis (afb. 5b/
•
pos.2) en opvangzak (afb. 5e/pos. 7)
17
05.04.2018 14:22:39
05.04.2018 14:22:39