Inhoudsopgave
Advertenties
Stap 4
Bepaal onder welk nummer de sensor moet worden geregistreerd door een
"NODE ID" te configureren; druk op een van de vier knoppen van de
draadloze CO₂-sensor. Druk bijvoorbeeld op knop 1; led 1 knippert één keer.
Linksboven is nr. 1, met de klok mee respectievelijk nr. 2, nr. 3 en nr. 4.
Wanneer er meer draadloze controllers of draadloze sensoren met het
toestel gekoppeld moeten worden, druk dan op verschillende (onzichtbare)
knoppen; het nummer van de knop is ook het nummer van de gekoppelde
accessoire in het toestelmenu. Lukt het pairen niet, ga dan terug naar stap
3. Controleer ook de USB-transceiver.
De bij de ventilatie-instellingen behorende luchtstroomhoeveelheden moeten altijd op het gekoppelde WTW
toestel worden ingesteld. Dit kan niet op de draadloze CO₂-sensor.
Zie voor de draadloze CO₂-sensor-instellingen ®
de installatiehandleiding van het aangesloten WTW-toestel.
4.2 Terug naar fabrieksinstelling draadloze CO₂-sensor
Het is mogelijk de draadloze CO₂-sensor terug naar fabrieksinstellingen te zetten.
Voer de volgende handelingen uit voor zowel de controller(s) als de USB-transceiver:
Fabrieksinstelling controller
▪ Houd de pairingknop (bijvoorbeeld met het uiteinde van een paperclip)
▪
langer dan 20 seconden ingedrukt. Wanneer de pairing knop goed wordt
ingedrukt, voelt men een "klik".
▪ De led-lampjes knipperen twee keer (0,5 seconde aan en 5 seconden uit)
▪
om de reset te bevestigen.
▪ Alle pairing informatie is uit de draadloze CO₂-sensor verwijderd.
▪
Fabrieksinstelling USB-transceiver
▪ Houd de knop op de USB-transceiver langer dan 20 seconden ingedrukt.
▪
▪ Om deze reset te bevestigen, knippert de groene led op de USB-
▪
transceiver twee keer.
▪ Alle pairinginformatie is uit de USB-transceiver verwijderd.
▪
Instellingen van CO₂-sensor op ventilatietoestel
draadloze CO₂-sensor 616851-C
pagina 15 , en
Brink / 11
Advertenties
Inhoudsopgave
