Advertenties
Voorafgaand aan een meting kan de sensor het CO
ppm worden ingesteld met de calibratieknop op de sensorbehuizing.
- Plaats de 250mL fles en de sensor in de buitenlucht en wacht eventjes totdat de
fles gevuld is met frisse lucht. Voor de ijking wordt dan aangenomen dat het
CO
-gehalte in het monster 400 ppm is. Plaats, nog in de buitenlucht, de stop
2
met de sensor op de fles. Houd hierbij de stop vast en niet de behuizing van de
sensor. Breng de fles naar de plaats waar de meting wordt uitgevoerd.
- Verbind de CO
- Laat de sensor opwarmen door hem tenminste 90 s op een werkende interface
aangesloten te houden.
- Als de meetwaarden gestabiliseerd zijn, druk dan de calibratieknop kort in met
een paperclip of de stift van een stylus of ballpoint. Na ca. 30 s zal de waarde
stabiliseren op 390 ppm (plus of min 40 ppm).
- Herhaal het indrukken van de calibratieknop als de waarde veel hoger of lager is
dan 400 ppm.
Aanvullende informatie
- Telkens voor gebruik moet de CO
- De sensor vereist een grote stroom (120 mA). Het is aanbevolen om de interface
te voeden via het lichtnet bij gebruik van de CO
CO
-sensor tegelijk aangesloten worden.
2
- De sensor kan geen hogere CO
concentratie dit niveau bereikt, zal de 5000 ppm blijven aangeven, totdat de
concentratie weer waarden onder de 5000 ppm aanneemt.
- Ook al reageert de sensor zelf snel op een verandering van het CO
moet het gas wel eerst de sensor in of uit diffunderen alvorens de verandering
meetbaar wordt. Diffusie is een traag proces. De meetwaarden zullen daarom
wat achterlopen op de actuele waarde. Een luchtstroom langs de sensor
vermindert het achterlopen van de sensor.
- Haal na een meting de sensor van de fles. Het is raadzaam om de rubberstop
aan de sensorbuis te laten zitten. Berg de sensor stofvrij op.
- De sensor is gemaakt voor gebruik tussen 20°C en 30°C. De sensor kan buiten dit
temperatuurgebied worden gebruikt maar de betrouwbaarheid van de metin-
gen neemt af, zelfs als bij de heersende temperatuur een ijking wordt gedaan.
Neem voldoende tijd om de sensor op de omgevingstemperatuur te laten
komen.
Suggesties voor experimenten
CO
-concentraties meten (ademhaling) bij kleine dieren en insecten;
2
Veranderingen in CO
en fotosynthese in licht/donker (in combinatie met een lichtsensor);
CO
-concentratie meten tijdens het cel-metabolisme van erwten of bonen;
2
-sensor met een interface.
2
-gehaltes meten dan 5000 ppm. Zodra de
2
-concetraties meten in een terrarium tijdens fotorespiratie
2
-niveau van frisse lucht 390
2
-sensor 90 s opwarmen.
2
-sensor. Er mag maximaal één
2
Gebruikershandleiding CO
-gehalte,
2
-Sensor (gas) ML60m | 3
2
Advertenties
