Dubbel code gebruik
Dubbel code gebruik
Er moeten twee geldige codes (van 6 cijfers) wordeningegeven
om het (moet geprogrammeerd zijn) slot te openen. De
volgorde is naar keuze, twee combinaties van alle codes zorgen
voor het openen. (b.v. code 3 met sleutel 3 en code 2 met
sleutel 2)
Stroomvoorziening
Stroomvoorziening
A) Het batterijvak bevindt zich aan de binnenkant van de deur.
Wanneer de spanning van de batterij te laag wordt, volgt er bij
opening een serie piepsignaal. Alleen ALKALINE-batterijen ge-
bruiken! Om de nauwkeurigheid van de notities in de Audit te
verzekeren, moet een batterijwisseling binnen 1 minuut worden
uitgevoerd. Wordt een batterijwisseling vergeten, dan moet een
9V-Alkaline batterij op de noodstroomvoorziening- contactpun-
ten gehouden worden tijdens het invoeren van de code om het
slot te kunnen openen. De codes blijven ook zonder stroom
bewaard.
B) Bij het toetsenbord 3750 is het batterijvak ingebouwd. Onder
aan het toetsenbord de zwarte kunststofdeksel verwijderen om
toegang te verkrijgen tot het batterijencompartiment.
C) Bij aansluiting van een alarmbox over een blokkeerinrichting
komt de stroom van de blokkeerinrichting.
Veiligheid tip
Bewaar de codes zorgvuldig. Gebruik geen persoonlijke
gegevens (bv. Telefoonnummer, geboortedatum etc.) als code.
Led / piepsignalen
- 1 x kort
- 2 x kort
- 3 x kort
- 6 x kort
- LED alle 10 sec. 1x knippert
- LED 1 x per seconde
- LED 2 x per seconde
en piepsignaal iedere 10 sec.
- Serie van piepsignalen, ca. 3 sec.,
bij openen slot.
Managersfunctie
Managercode veranderen (ID nr 1) Functie "0"
Gebruiker toelaten (ID nr 2-9)
Gebruiker blokkeren
Gebruiker verwijderen
Gebruiker status opvragen
Gebeurtenissen uitlezen
Openingsvertraging
Manager code activeren
Met de fabriekscode, 1-2-3-4-5-6-7 kan het slot geopend wor-
den. Om de manager functie te activeren moet de code gewij-
zigd worden.
Manager functie bij dubbelcode
Bij het dubbelcode gebruik wordt de manager als tweede code
ingegeven om te programmeren. Dit geldt echter pas nadat er
een van de acht gebruikers is toegelaten.
invoer bevestiging
code juist
code fout
blokkade op afstand
blokkade na foute invoer
openingsvertraging actief
openingsvenster
batterij verwisselen
Functie "1"
Functie "2"
Functie "3"
Functie "1"
ingedrukt houden
Functie "7"
Functie "9"
Manager code veranderen
Manager code veranderen
Fabriekscode (of oude code) ingeven en het laatste getal ingedrukt
houden tot LED aanblijft. Druk kortstondig de "0" in en voer de
nieuwe code in (dubbelsignaal), ter bevestiging de nieuwe code
nogmaals invoeren (LED gaat uit). De nieuwe code is nu actief. Bij
een foute code of pauzes langer dan 10 seconde blijft de oude
code geldig. Als een nieuwe code niet wordt aangenomen
(drievoudig signaal), dan lijkt deze code teveel op een reeds
bestaande code. Geef een andere code in.
Gebruiker
Gebruiker
Gebruiker toelaten: Manager code ingeven en het laatste getal
ingedrukt houden tot LED aanblijft. Druk dan de "1" in
(dubbelsignaal), voer het gebruiker ID nummer in (bv. "2") bij
enkelsignaal: geblokkeerde gebruiker weer toegelaten; bij
dubbelsignaal: gebruikerscode invoeren (dubbelsignaal). Ter
bevestiging de gebruikerscode nogmaals invoeren (dubbelsignaal).
Gebruiker blokkeren: Manager code ingeven en het laatste getal
ingedrukt houden tot de LED aanblijft. Druk dan de "2" in
(dubbelsignaal), voer het gebruiker ID nummer in (enkelsignaal).
De gebruiker is geblokkeerd, totdat hij weer wordt toegelaten
d.m.v. functie "1".
Gebruiker verwijderen: Manager code ingeven en het laatste getal
ingedrukt houden tot LED aanblijft. Druk dan de "3" in
(dubbelsignaal), voer het gebruiker ID nummer in (enkelsignaal).
De gebruiker is nu verwijderd.
Gebruiker status opvragen
De manager kan altijd opvragen, welke gebruiker actief, geblok-
keerd of verwijderd is. Manager code invoeren en het laatste getal
ingedrukt houden tot LED aanblijft, "1" ingedrukt houden tot er
nog een keer een dubbelsignaal klinkt.
Voer gebruiker ID in (2- 9). Een piepsignaal geeft de status aan:
1 piepsignaal = actief
2 piepsignalen = geblokkeerd
3 piepsignalen = verwijderd
1 lang piepsignaal = niet toegelaten
Druk een "0" om te beëindigen.
Gebeurtenissen uitlezen
De laatste 511 gebeurtenissen (handeling, gebruiker, tijd/datum)
worden opgeslagen in het slot. Het slot wordt m.b.v. een sleutel-
adapter en een interfacekabel aan een PC verbonden om de ge-
beurtenissenlijst uit te kunnen lezen. Steek de interface kabel in de
PC-poort. Open vervolgens het PC programma "LG View" en klik op
de icoon "start acquisition". Manager code ingeven en het laatste
getal ingedrukt houden tot LED aanblijft. Interface stekker in het
sleutelcontact steken en de "7" indrukken. De gegevens worden
naar de PC verzonden en als lijst weergegeven. Om het verzenden
van de gegevens te stoppen drukt u op de "0"op het toetsenbord
van het slot of klikt u met de muis op de icoon "stoppen".
N.B. Bij dubbelcode; 4-ogenprinciepe moet voor de manager code
een geldige gebruikerscode ingegeven worden om te kunnen pro-
grammeren. Codes 7 cijferig (manager code 1 2 3 4 5 6 7 ) Als er
geen gebruiker is toegelaten functioneert het slot alleen met de
manager code.