4. Het andere uiteinde van de slang naar een geschikte
afvoer (bijv. afvoerputje of een voldoende groot
opvangreservoir) leiden. Zorg dat de slang niet wordt
geknikt.
Verwijder de slang als het condens weer moet worden
opgevangen via het condensreservoir. Laat de slang voor het
opslaan drogen. De slang kan in elke willekeurige
bedrijfsmodus worden aangesloten voor permanent gebruik.
Automatisch ontdooien
Is de ruimtetemperatuur lager dan 11 °C, bevriest de verdamper
tijdens het ontvochtigen. Het apparaat voert dan een
automatische ontdooiing uit. De duur van het ontdooien kan
variëren.
• Het apparaat tijdens het automatisch ontdooien niet
uitschakelen. De netstekker niet uit het stopcontact
trekken.
Temperatuurbegrenzing (oververhittingsbeveiliging)
Het apparaat is uitgerust met een temperatuurbegrenzing. Zo
wordt bijv. de compressor beveiligd tegen oververhitting.
• Bovenste temperatuurgrens: +35 °C +/- 2 °C
• Onderste temperatuurgrens: -3 °C +/- 2 °C
Komt de omgevingstemperatuur boven of onder deze grenzen,
schakelt het apparaat de compressor uit. Deze eigenschap
beschermt het apparaat tegen overbelasting, omdat het
apparaat extreem wordt belast bij hoge temperaturen en hoge
luchtvochtigheid. Bovendien is een droging bij dergelijk hoge
temperaturen niet meer economisch en vormt een risico voor de
inventaris van de te drogen ruimte. Houd er graag rekening mee
dat de uitschakeling werkt met een inschakelhysterese van
-2 °C.
NL
Info
De compressor start altijd met een vertraging. Dit dient
ter bescherming van de compressor en zorgt voor een
langere levensduur. Bij het verwijderen van het
condensreservoir uit het apparaat en het weer
terugplaatsen, worden de compressor en de ventilator
weer ingeschakeld met een vertraging van ca. 3 min.
Deze vertraging is ook actief tijdens hygrostaatbedrijf.
Neemt de ruimteluchtvochtigheid toe via de instelling
van de voorkeuzeschakelaar, schakelt de compressor
pas na een tijdsvertraging weer in.
De ventilator draait afhankelijk van de compressor.
Wordt het condensreservoir verwijderd, worden
compressor en ventilator uitgeschakeld.
Buiten gebruik stellen
Waarschuwing voor elektrische spanning
Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte
handen.
• Schakel het apparaat uit.
• De netstekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken
door de stekker vast te pakken.
• Indien nodig het condensreservoir legen.
• Reinig het apparaat volgens het hoofdstuk onderhoud.
• Het apparaat opslaan volgens het hoofdstuk transport en
opslag.
Nabestelbare accessoires
Waarschuwing
Gebruik alleen accessoires en hulpapparaten die in de
gebruiksaanwijzing zijn opgegeven.
Het gebruik van andere dan in de gebruiksaanwijzing
aanbevolen werkgereedschappen of andere
accessoires kan letselgevaar opleveren.
Aanduiding
Luchtfilter TTK 175 S
Luchtfilter TTK 355 S
Condenspomp extern
Beschermkap TTK 175 S
Beschermkap TTK 355 S
luchtontvochtiger TTK 175 S / TTK 355 S
Artikelnummer
7.160.000.007
7.160.000.008
6.100.003.030
6.100.003.105
6.100.003.110
13