Download Print deze pagina

Advertenties

RHYTHM PROGRAMMER
GEBRUIKSAANWIJZING
- NEDERLANDSTALIG -

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Yamaha BigJam RY9

  • Pagina 1 RHYTHM PROGRAMMER GEBRUIKSAANWIJZING - NEDERLANDSTALIG -...
  • Pagina 2 Dit product KAN een kleine, niet-oplaadbare bat- De informatie in deze handleiding was correct terij bevatten, die (indien van toepassing) vast- op het moment dat hij gedrukt werd. Yamaha gesoldeerd is. De gemiddelde levensduur van behoudt zich echter het recht voor om specifi- deze batterij is ongeveer vijf jaar.
  • Pagina 3 Zou uw dealer niet in staat zijn u hiermee te helpen, Model neem dan a.u.b. direct contact op met Yamaha. LOKATIE NAAMPLAATJE: Serie Nr. Het naamplaatje bevindt zich op de bodemplaat van het product.
  • Pagina 4 Yamaha service personeel. • Gebruik uitsluitend de voorgeschreven netadapter (PA-3B of een door Yamaha aanbevolen equivalent). Het gebruik van een verkeerde adapter kan schade aan het instrument, of oververhitting, veroorzaken.
  • Pagina 5 BACK-UP EN OPSLAG VAN DATA Yamaha adviseert om regelmatig uw muziek data op te slaan met gebruik van een extern MIDI data opslagmedium (zoals de Yamaha MDF3 MIDI Data Filer) en de diskettes te bewaren op een veilige, koele, droge plaats.
  • Pagina 6 HARTELIJK DANK VOOR UW AANKOOP VAN DE YAMAHA RY9 RHYTHM PROGRAMMER De Yamaha RY9 is een stereo rhythm programmer, compleet met begeleiding en zelfs een gitaaringang. Hij heeft veel mogelijkheden, een hoge kwaliteit, een lage prijs en is zo klein dat u hem in de hand kunt houden, waardoor hij het ideale “maatje”...
  • Pagina 7 IN DEZE HANDLEIDING GEBRUIKTE UITDRUKKINGEN Om verwarring tot een minimum te beperken, zullen er een aantal standaard- uitdrukkingen worden gebruikt, namelijk: Namen van knopfuncties worden geschreven in hoofdletter/kleine letterstijl: b.v. Pattern Mode, Song Opname Mode, System Mode Sync functie, User patterns, etc.
  • Pagina 8 HOE DEZE HANDLEIDING TE GEBRUIKEN De handleiding van de RY9 is zo opgebouwd dat de hele RY9 aan bod komt: informatie over alle mogelijkheden en bedieningsprocedures, op een dusdanige wijze georganiseerd dat u snel en gemakkelijk de functie vindt die u wilt lokaliseren.
  • Pagina 9 INHOUDSOPGAVE VOORDAT U BEGINT........2 1. DE RY9 ............2 2. SYSTEEMSTRUCTUUR VAN DE RY9 ..4 3. BOVENPANEEL ...........7 4. ZIJ- & ACHTERPANEEL ......10 AAN DE SLAG..........12 5. AANSLUITEN & AANZETTEN ....12 6. HET AFSPELEN VAN DE DEMO SONG ... 18 7.
  • Pagina 10 MIDI mogelijkheden en nog veel meer. Vanwege Yamaha’s exclusieve AWM (Advanced Wave Memory) klankopwek- kingstechnologie - de voices zijn digitale samples van hoge kwaliteit van echte instrumenten - heeft de RY9 een waveform ROM met een grote capaciteit die is gevuld met 128 “drum”...
  • Pagina 11 Andere mogelijkheden van de RY9 zijn: songs aan elkaar koppelen, herhaling, een ritme “swing” functie voor een realistische “human feel”, een gitaarstemap- paraat en een gitaarsynthesizer, een polyfonie van 28 noten, stereo-uitgangen, een hoofdtelefoonaansluiting en een groot LCD scherm waarop u op elk moment kunt zien in welke mode en status u zich bevindt.
  • Pagina 12 2. SYSTEEMSTRUCTUUR VAN DE RY9 De RY9 is in de eerste plaats een krachtige rhythm programmer waaraan een extra dimensie is toegevoegd door de aanwezigheid van een krachtige achtergrondbegeleiding, een song programmeermogelijkheid en een gitaarsyn- thesizer. De belangrijkste onderdelen waaruit het bedieningssysteem van de RY9 bestaat zijn de AWM voices, de drum kits, de patterns en de songs.
  • Pagina 13 DE AWM VOICES Er zijn 128 “drum” voices en 50 “gewone” AWM voices. De drum voices zijn toegewezen aan drum kits. De gewone voices zijn toegewezen aan de achtergrondbegeleidingen en aan de gitaarsynthesizer. DE DRUM KITS Er zijn 12 Preset drum kits en 4 User drum kits. Hoewel er slechts 12 pads op het bovenpaneel aanwezig zijn, bestaat elke drum kit uit 24 drum voices die zijn ondergebracht in twee “Pad Banken”...
  • Pagina 14 DE MODES EN FUNCTIES De belangrijkste mogelijkheden van de RY9 zijn ondergebracht in de negen modes die kunnen worden geactiveerd door, terwijl u [MODE] ingedrukt houdt, op één van de drum pads te drukken (de namen van de modes staan op de pads).
  • Pagina 15 3. BOVENPANEEL 1 LCD SCHERM De gemakkelijk af te lezen, contrastrijke Liquid Crystal Display (LCD) zorgt voor de nodige visuele feedback, zodat u altijd precies weet in welke mode of status u zich bevindt. 2 [REC] KNOP Om de Pattern Opname Mode of de Song Opname Mode te activeren of te verlaten.
  • Pagina 16 5 [STOP] KNOP Om het afspelen van een song of pattern, of een realtime opname te stoppen. 6 [PLAY] KNOP Om het afspelen van een song of pattern, of een realtime opname te starten vanaf de actuele maatlokatie. Wanneer u, nadat u op [STOP] gedrukt heeft, weer op [PLAY] drukt, zal het afspelen worden vervolgd waar u gestopt was.
  • Pagina 17 ) [DELETE] KNOP Om individuele drumaanslagen te wissen in de Pattern Opname Mode. Houd [DELETE] ingedrukt en druk op [ENTER], of op de betreffende drum pad, om de drum voice op de actuele cursorlokatie te wissen. Wanneer de Akkoordtoe- wijzing is geactiveerd, zal, als u de [DELETE] knop ingedrukt houdt en op [ENTER] drukt, het akkoord op de actuele cursorlokatie worden gewist.
  • Pagina 18 4. ZIJ- & ACHTERPANEEL 1 [VOLUME] SCHUIF Om het totaalvolume van de [OUTPUT] en [PHONES] (hoofdtelefoon) aanslui- ting mee in te stellen. 2 [PHONES] AANSLUITING (MINI JACK) Om een hoofdtelefoon met een stereo mini jack plug aan te sluiten om stil te kunnen oefenen.
  • Pagina 19 “triggeren” van één van de 50 gewone AWM voices. 6 [DC IN] AANSLUITING (12 V GELIJKSTROOM) Om een daarvoor geschikte netadapter (PA-3B of een ander door Yamaha aanbevolen equivalent) aan te sluiten om de RY9 van stroom te voorzien.
  • Pagina 20 HET GEBRUIK VAN EEN NETADAPTER Steek het stroomsnoer van een extra verkrijgbare Yamaha PA-3B netadapter (verkrijgbaar via uw Yamaha dealer) voorzichtig in de [DC IN] aansluiting op het achterpaneel, steek daarna de adapter in een geschikt stopcontact. Stopcontact Gebruik nooit een andere netadapter dan de Yamaha PA-3B of een door Yamaha aanbevolen equivalent.
  • Pagina 21 HET GEBRUIK VAN BATTERIJEN Plaats zes 1,5 volt batterijen van het type “AA” (SUM-3 of R6P), of gelijkwaar- dige mangaan of alkaline batterijen, in de batterijhouder. Verwijder het kapje van de batterijhouder Verwijder het kapje van de batterijhouder - in de bodemplaat van de RY9 - door voorzichtig het geribbelde gedeelte van het kapje in te drukken en het in de richting van de pijl die op het kapje staat te schuiven, op de manier die hieronder wordt getoond.
  • Pagina 22 WANNEER DE BATTERIJEN VERVANGEN MOETEN WORDEN Als de batterijen bijna leeg zijn en niet langer in staat zijn om de RY9 van voldoende stroom te voorzien, kan het geluid vervormd gaan klinken, het uit- gangsvolume wordt vanzelf zachter en de mededeling “BATT LOW” verschijnt in de LCD.
  • Pagina 23 De RY9 heeft vele MIDI mogelijkheden en het soort MIDI apparaat dat u aansluit hangt af van uw persoonlijke wensen. Misschien wilt u bijvoorbeeld een data opslagmedium aansluiten (zoals de Yamaha MDF 3 MIDI Data Filer) om User patterns, songs en drum kits op te slaan, of een extern MIDI toetsenbord om de RY9 als een “slave”...
  • Pagina 24 MIDI instellingen MIDI DATA OPSLAG Een Gitaar Aansluiten Eén van de meest unieke mogelijkeden van de RY9 is de [EXT IN] aansluiting, waarop u rechtstreeks een gitaar op de RY9 kunt aansluiten waardoor u mee kunt spelen met de patterns en songs, of de RY9 als gitaarstemapparaat, of zelfs als gitaarsynthesizer kunt gebruiken om één van de 50 gewone AWM voices te laten “triggeren”...
  • Pagina 25 PROCEDURE AAN-/UITZETTEN Er bestaat een bepaalde volgorde waarin de verschillende componenten van een elektronisch muzieksysteem aan- en uitgezet dienen te worden. De regels zijn eenvoudig maar wel belangrijk. VOORDAT U ENIG COMPONENT AANZET: Controleer of alle componenten correct zijn aangesloten en alle volumerege- laars op “nul”...
  • Pagina 26 6. HET AFSPELEN VAN DE DEMO SONG Voordat u de RY9 gaat gebruiken of in zijn vele mogelijkheden “duikt”, wilt u wellicht eerst eens naar de voorgeprogrammeerde demo song luisteren voor een impressie van de RY9. Om de demo song te selecteren dient u eerst de Song Mode te activeren.
  • Pagina 27 7. HET BESPELEN VAN DRUM PADS U kunt direct na het aanzetten beginnen om op de drum pads te spelen. Probeert u de geluiden van de momenteel geselecteerde drum kit maar eens uit. Op blz. 84 en 86 vindt u overzichten van de drum voices en de drum kits. HET SELECTEREN VAN PAD BANKEN Aan elk van de twaalf drum pads zijn twee drum voices toegewezen.
  • Pagina 28 HET SELECTEREN VAN DRUM KITS Indien de Chase functie aanstaat, wordt de selectie van een drum kit automa- tisch door de pattern verzorgd, die u selecteert. Er zijn in totaal 16 drum kits - 12 Preset drum kits en 4 User drum kits. Om een andere drum kit te selecteren dient u eerst de Drum Kit Mode te activeren.
  • Pagina 29 8. HET AFSPELEN VAN PRESET PATTERNS De RY9 bevat één-maats ritme patterns (000~199). Elke Preset pattern is voorzien van een speciaal begeleidingsgedeelte dat is voorgeprogrammeerd in een specifieke muziekstijl. Deze automatische achtergrondbegeleiding bestaat uit Bass, Chord 1 en Chord 2 tracks. Er zijn totaal 200 van zulke begeleidingen die tezamen een breed scala van populaire muziekstijlen beslaan.
  • Pagina 30 De afkorting “PTN” (links van het nummer van de momenteel geselecteerde pattern) zal gaan knipperen om aan te geven dat u het pattern nummer kunt wijzigen. Gebruik [-1] en [+1] om een Preset pattern (000~199) te selecteren. (De pattern nummers 200~249 zijn voor User patterns; dit zijn patterns die door u zelf zijn gecreëerd.
  • Pagina 31 HET TEMPO VERANDEREN U kunt het tempo altijd veranderen, of de pattern nu speelt of dat hij is gestopt. Elke Preset pattern is geprogrammeerd met een “standaardtempo”. Op het moment dat u een pattern selecteert, wordt het standaardtempo van die pattern automatisch ingesteld.
  • Pagina 32 Gebruik [E] en [F] om de Akkoordgrondtoon of het Akkoordtype te selecteren. De knipperende indicator staat boven de momenteel geselec- teerde functie. Gebruik [-1] en [+1] gevolgd door [ENTER] om het nieuwe akkoord te bevestigen. Akkoordtype Akkoord- grondtoon Druk opnieuw op [CHORD] om de Akkoordtoewijzing te verlaten. EEN ACHTERGRONDBEGELEIDING SELECTEREN De achtergrondbegeleidingen bestaan uit Bass, Chord 1 en Chord 2 tracks, die zo zijn voorgeprogrammeerd dat ze goed passen bij de bijbehorende Preset...
  • Pagina 33 Houd, terwijl de begeleidingsnaam knippert, [-1] of [+1] ingedrukt om door alle begeleidingen heen te lopen; de allerlaatste is de “Begeleiding Uit” status. Om de achtergrondbegeleiding uit te zetten, kiest u de allerlaatste begelei- ding, aangeduid in de LCD door de afkorting “BKOFF”. (Gebruik [-1] om de achtergrondbegeleiding weer aan te zetten en de gewenste begeleiding te selecteren.) BEPAALDE BEGELEIDINGS-TRACKS UITZETTEN...
  • Pagina 34 De eerste functie in de Mute Mode is “MUTE B” (Bass track), de tweede is “MUTE C1” (Chord 1 track), en de derde is “MUTE 2” (Chord 2 track). “MUTE B (of C1 of C2) OF” verschijnt in de LCD om aan te geven dat u de gewenste Track Mute functie heeft geselecteerd en dat deze uitstaat.
  • Pagina 35 Gebruik [-1] en [+1] om een Preset song (00~49) te selecteren. (De song nummers 50~99 zijn bestemd voor User songs, d.w.z. songs die u zelf creëert. Bij een nieuwe RY9 bevatten deze nog geen data.) Druk op [PLAY] om de geselecteerde Preset song af te spelen. (Indien de Herhalingsfunctie aanstaat (zie blz.
  • Pagina 36 DE PATTERN EN ACHTERGRONDBEGELEIDING VERANDEREN U kunt eenvoudig de pattern alsook de achtergrondbegeleiding van de geselec- teerde song veranderen - zowel als de song is gestopt als tijdens het afspelen. Nadat u de Song Select functie van de Song Mode heeft geactiveerd, en een song heeft geselecteerd, en op [PLAY] heeft gedrukt om het afspelen van de song te starten, zal “PTN”...
  • Pagina 37 Om de achtergrondbegeleiding te veranderen, gebruikt u [E] of [F] om de naam van de achtergrondbegeleiding te laten knipperen. Dit knipperen geeft aan dat u nu een andere achtergrondbegeleiding kunt selecteren die u in combinatie met de momenteel geselecteerde ritme pattern wilt laten spelen.
  • Pagina 38 MODES & FUNCTIES 10. PATTERN MODE De Pattern Mode is één van de twee belangrijkste bedienings-modes van de RY9 (de andere is de Song Mode). Deze bestaat uit zowel een Pattern Afspeel Mode als een Pattern Opname Mode. Op blz. 88 vindt u een overzicht van alle Preset Patterns. PATTERN AFSPEEL MODE In de Pattern Afspeel Mode kunt u Preset en User patterns selecteren en afspelen, alsook een Swing factor aan een pattern toewijzen, een User pattern...
  • Pagina 39 TEL-/CLOCK POSITIE-INDICATORS De tel-/clock positie-indicators van de pattern staan rechtsboven in de LCD, waarbij de grote driehoeken elke tel van de maat vertegenwoordigen en de kleine driehoeken elke clock positie vertegenwoordigen waarop zich ritme data kan bevinden. (Het aantal tel- en clock positiedriehoeken in de maat hangt af van hoe de “meter”...
  • Pagina 40 DE VOLGENDE PATTERN SELECTEREN - Om de volgende pattern te selecteren, die u wilt laten volgen direct nadat de huidige pattern eindigt, kunt u [-1] en [+1] gebruiken om het volgende pattern nummer te specifice- ren. U kunt dit doen terwijl de huidige pattern afspeelt. Het woord “NEXT” verschijnt in de LCD en blijft zichtbaar totdat de nieuwe pattern actief is.
  • Pagina 41 EEN SWING FACTOR AAN EEN PATTERN TOEWIJZEN - Houd [MODE] ingedrukt en druk één of meerdere malen op [PAGE-] of [PAGE+] om de Swing functie te activeren. Het woord “SWING” verschijnt in de LCD, alsook de huidige Swing instelling (OFF, E1~E9, S1~S5). Gebruik [-1] en [+1] om een andere Swing factor aan de momenteel geselecteerde pattern toe te wijzen.
  • Pagina 42 User patterns of songs te wissen. (Slaat u belangrijke User data eerst op via een extern opslagmedium zoals de Yamaha MDF3 MIDI Data Filer.) EEN BEGELEIDING AAN EEN USER PATTERN TOEWIJZEN - U kunt één van de 200 achtergrondbegeleidingen toewijzen aan een User pattern.
  • Pagina 43 Maak geheugenruimte vrij door onnodige User patterns of songs te wissen. (Slaat u belangrijke User data eerst op via een extern opslagmedium zoals de Yamaha MDF3 MIDI Data Filer.) DE PATTERN OPNAME MODE ACTIVEREN - Houd eerst [MODE] ingedrukt en druk op [PATTERN] om de Pattern Mode te activeren.
  • Pagina 44 DE METER INSTELLEN - Indien u een pattern “vanuit het niets” wilt creëren met een specifieke maatsoort, dan dient u allereerst de meter van een lege User pattern in te stellen, terwijl u nog in de Pattern Opname Standby Mode bent - d.w.z. voordat u begint met de Step of Realtime opnameprocedure.
  • Pagina 45 VOORBEELDDRUMPARTIJ: 8 BEAT PATTERN Wanneer er een 8 beat pattern is opgenomen toont de LCD het volgende: DE STEP OPNAME MODE ACTIVEREN - Druk, vanuit de Pattern Opname Standby Mode, gewoon op één van de drum pads of de [ACCENT] knop, om te beginnen met de step opname procedure.
  • Pagina 46 DE REALTIME OPNAME MODE ACTIVEREN - Gewoon op [PLAY] drukken, vanuit de Pattern Opname Standby Mode, zet de realtime opname- procedure in gang. Een metronoom begint meteen met aftikken (het aantal tikken kunt u aflezen in de LCD en hangt af van de meterinstelling), waarna de feitelijke opname wordt ingezet.
  • Pagina 47 ACCENTEN AAN HET RITME TOEVOEGEN U kunt accenten op dezelfde manier opnemen en wissen als drumnoten - met de [ACCENT] knop. (U kunt de accentniveaus aan iedere pad van User drum kits toewijzen. Zie blz. 59 voor details.) EEN ACCENT TOEVOEGEN - In de Pattern Afspeel Mode kunt u een accent toevoegen terwijl u de pads gewoon bespeelt door [ACCENT] ingedrukt te houden en een drum pad aan te slaan.
  • Pagina 48 EEN BEGELEIDING TOEWIJZEN - U kunt één van de 200 ach- tergrondbegeleidingen toewijzen aan een User pattern. (Zie blz. 34 voor details.) WANNEER DE MAXIMALE POLYFONIE WORDT OVERSCHRE- DEN - De RY9 heeft een polyfonie van 28 noten, hetgeen betekent dat hij maximaal 28 noten op precies hetzelfde moment kan laten klinken.
  • Pagina 49 11. SONG MODE De Song Mode is één van de twee belangrijkste bedienings-modes van de RY9 (de andere is de Pattern Mode). Deze bestaat uit zowel een Song Afspeel Mode als een Song Opname Mode. SONG AFSPEEL MODE In de Song Afspeel Mode kunt u Preset en User songs selecteren en afspelen, alsook de Herhalings- en de Reeksfunctie aan- en uitzetten, een User song wissen, en een Preset of User song kopiëren naar een User song lokatie.
  • Pagina 50 EEN FUNCTIE SELECTEREN - Houd [MODE] ingedrukt en gebruik [PAGE-] en [PAGE+] om door de verschillende functies heen te lopen. De LCD informeert u over de status van iedere functie die passeert. EEN SONG SELECTEREN - Wanneer u de Song Afspeel Mode activeert, kunt u verdergaan en een song selecteren.
  • Pagina 51 VAN PATTERN VERANDEREN - Om tijdelijk een andere pattern te specificeren om uit te proberen hoe die bij de song klinkt, kunt u [E] of [F] gebruiken om “PTN” (pattern) te laten knipperen. Gebruik vervolgens [-1] en [+1] om het pattern nummer te specificeren. Alle in de Song Afspeel Mode gemaakte wijzigingen in verband met patterns en bege- leidingen zijn tijdelijk van aard.
  • Pagina 52 Indien u zowel de Herhalings- als de Reeksfunctie aanzet en dan op [PLAY] drukt, zullen alle User songs, van de eerste tot en met de laatste, achter elkaar afspelen en dat telkens opnieuw, totdat u op [STOP] drukt. EEN USER SONG WISSEN - Houd, als de song is gestopt, [MODE] ingedrukt en gebruik [PAGE-] en [PAGE+] om de Song Wisfunctie te active- ren.
  • Pagina 53 User patterns of songs te wissen. (Slaat u belangrijke User data eerst op via een extern opslagmedium zoals de Yamaha MDF3 MIDI Data Filer.) SONG OPNAME MODE In de Song Opname Mode kunt u een User song selecteren en opnemen in steptime of realtime, door Preset of User patterns (compleet met begelei- dingen) als één-maats song elementen aan elkaar te koppelen en vervolgens...
  • Pagina 54 Maak geheugenruimte vrij door onnodige User patterns of songs te wissen. (Slaat u belangrijke User data eerst op via een extern opslagmedium zoals de Yamaha MDF3 MIDI Data Filer.) DE SONG OPNAME MODE ACTIVEREN - Activeer eerst de Song Mode en selecteer een User song lokatie.
  • Pagina 55 DE REALTIME OPNAME MODE ACTIVEREN - Gebruik, vanuit de Song Opname Standby Mode, eerst [-1] of [+1] om het pattern nummer te selecteren dat u als eerste song element wilt gebruiken. Druk daarna gewoon op [PLAY] om de realtime opnameprocedure te starten. Een metro- noom begint met aftikken (het aantal tikken kunt u aflezen in de LCD en hangt af van de meterinstelling van de gespecificeerde pattern), waarna de realtime opname daadwerkelijk begint.
  • Pagina 56 De pattern en akkoorden tracks werken volledig onafhankelijk van elkaar! Als er een pattern is verwijderd, schuiven alle daaropvolgende song elementen één plaats terug. Houd er daarom rekening mee dat de verwijdering van patterns de song structuur van de akkoorden track niet wijzigt. EEN PATTERN INVOEGEN - U kunt, nadat een song is opgenomen, altijd nog patterns invoegen.
  • Pagina 57 AKKOORDVERANDERINGEN OPNEMEN Om akkoordveranderingen in de akkoorden track te kunnen opnemen op specifieke clock lokaties in de song, dient eerst de Akkoordtoewijzingsfunc- tie te worden geactiveerd. DE AKKOORDTOEWIJZING ACTIVEREN - Druk, vanuit de Step Opname Mode, op [CHORD]. De woorden “BEAT” en “CLOCK” - die de actuele tel en clock lokaties aangeven van de momenteel geselecteerde maat - verschijnen linksonder in de LCD en er verschijnt een kleine driehoek boven de Akkoordgrondtoon linksboven in de LCD.
  • Pagina 58 EEN AKKOORDGRONDTOON EN -TYPE INGEVEN - Druk, na het specificeren van maat en clock, tweemaal op [E] om de knippe- rende cursor boven de Akkoordgrondtoon te plaatsen en gebruik [-1] en [+1] om de gewenste Akkoordgrondtoon te selecteren. Druk vervolgens éénmaal op [F] om de knipperende cursor boven het Akkoordtype te zetten, en gebruik [-1] en [+1] om het gewenste Akkoordtype te selecteren.
  • Pagina 59 AKKOORDTYPES (Toonsoort C) LCD DISPLAY DEFINITIE (Bl a nco) Maj e ur Mi n eur Septi m e Mi n eur Septi m e Maj e ur Septi m e Septi m e met Toege- Mi n eur Septi m e Ver- Mi n eur Maj e ur Septi m e Toegevoegde Kwart Vermi n derd...
  • Pagina 60 AKKOORDEN PER MAAT VERWIJDEREN - U kunt, nadat een song is opgenomen, ongewenste akkoorden op een specifieke element- of maatlokatie altijd nog verwijderen. Druk allereerst, vanuit de Song Opname Mode, op [CHORD] om de Akkoordtoewijzing te activeren. Lokaliseer vervolgens de maat waarin het akkoord zich bevindt dat u wilt verwijderen met behulp van [BWD] en [FWD].
  • Pagina 61 De pattern en akkoorden tracks werken volledig onafhankelijk van elkaar! U kunt akkoorden alleen per element invoegen, niet per event. Als er een akkoord is ingevoegd, schuiven alle daaropvolgende song elementen één plaats vooruit. Houd er daarom rekening mee dat het invoegen van akkoorden de song struc- tuur van de pattern track niet wijzigt.
  • Pagina 62 12. DRUM KIT MODE In de Drum Kit Mode kunt u een Preset of User drum kit selecteren, voices aan de pads van een User kit toewijzen, instellingen maken voor de pads van een User drum kit, zoals het specificeren van uitgangs- en accentniveaus en het bepalen van de stereo pan positionering en het stemmen van de toonhoogte voor iedere drum pad.
  • Pagina 63 PADS BESPELEN EN HET SELECTEREN VAN KITS U kunt over het algemeen de drum pads gewoon bespelen, ongeacht in welke mode u zich bevindt. Vanuit bepaalde Drum Kit Mode functies zal het drukken op pads echter informatie in de LCD oproepen over de diverse instellingen van die pads.
  • Pagina 64 HET SELECTEREN VAN DRUM KITS - Welke drum kit momenteel geselecteerd is, hangt af van de door u geselecteerde pattern, aangezien elke Preset pattern een specifieke drum kit gebruikt. Er zijn in totaal 16 drum kits - 12 Preset kits (00~11) en 4 User drum kits (12~15). Wanneer u de Drum Kit Mode activeert, verschijnt het woord “SELECT”...
  • Pagina 65 EEN USER DRUM KIT CREËREN De grote flexibiliteit van de RY9 blijkt onder andere uit de mogelijkheid van het creëren van vier User drum kits door het toewijzen van drum voices aan de 12 Drum Pad Bank pads en de 12 Percussie Pad Bank pads, met een keuze uit 128 AWM drum voices, waarbij u het uitgangsvolume, het accentniveau, de stereo pan positie en de stemming voor iedere drum voice kunt instellen.
  • Pagina 66 DRUM VOICES AAN DE PADS TOEWIJZEN - U kunt AWM voices aan de pads van een User drum kit toewijzen met een keuze uit 128 voices. Houd [MODE] ingedrukt en gebruik [PAGE-] en [PAGE+] om de voice Toe- wijzingsfunctie te activeren. Het woord “ASSIGN” verschijnt linksonder in de LCD en de naam van de drum voice, die aan de momenteel geselecteerde pad is toegewezen, knippert.
  • Pagina 67 UITGANGSNIVEAUS INSTELLEN - U kunt voor iedere pad van een User drum kit het uitgangsniveau instellen. Houd [MODE] ingedrukt en gebruik [PAGE-] of [PAGE+] om de Niveaufunctie te activeren. Het woord “LEVEL” verschijnt linksonder in de LCD en de niveau-instelling voor de momenteel geselecteerde pad knippert.
  • Pagina 68 HET INSTELLEN VAN DE STEREO PAN POSITIES - U kunt voor iedere pad van een User drum kit de stereo pan positie instellen. Houd [MODE] ingedrukt en gebruik [PAGE-] en [PAGE+] om de Pan functie te activeren. Het woord “PAN” verschijnt linksonder in de LCD en de pan instelling voor de momenteel geselecteerde pad knippert.
  • Pagina 69 DE CHASE FUNCTIE AAN- EN UITZETTEN - De Chase functie bepaalt welke drum kit door een pattern wordt gebruikt. Wanneer de Chase functie aanstaat, wordt de drum kit, die werd gebruikt tijdens de opname van de pattern, automatisch geselecteerd. Wanneer de Chase functie uitstaat, wordt de op dat moment geselecteerde drum kit gebruikt voor het afspelen van alle patterns.
  • Pagina 70 DE EXT IN MODE ACTIVEREN - Houd [MODE] ingedrukt en druk op [EXT IN] om de Ext In Mode te activeren. EEN FUNCTIE SELECTEREN - Houd [MODE] ingedrukt en gebruik [PAGE-] en [PAGE+] om door de verschillende functies heen te lopen. De LCD informeert u over de status van iedere functie die passeert.
  • Pagina 71 DE RY9 ALS GITAARSYNTHESIZER GEBRUIKEN - Als er een gitaar is aangesloten op de [EXT IN] aansluiting, kunt u de gitaar gebruiken om een Ext In voice op verschillende manieren te triggeren. Er zijn twee stappen om de RY9 in te stellen als gitaarsynthesizer: Een status voor de gitaarsynthesizer specificeren.
  • Pagina 72 2. EEN EXT IN VOICE SELECTEREN - U kunt één van de 50 gewone AWM voices selecteren om te triggeren door de noten die u op de gitaar speelt. Houd [MODE] ingedrukt en gebruik [PAGE-] en [PAGE+] om de Ext In Select functie te activeren. Er verschijnen twee regels met informatie linksonder in de LCD.
  • Pagina 73 DE EXT IN STARTFUNCTIE AAN- EN UITZETTEN - Wanneer de Ext In Startfunctie aanstaat, zal het afspelen van de pattern of song automatisch starten bij het spelen van de eerste noot op de gitaar. Houd [MODE] ingedrukt en druk één of meerdere malen op [PAGE+] om de Startfunctie te activeren.
  • Pagina 74 Hier wordt de nootnaam of toonhoogte aange- geven wanneer een snaar wordt aangeslagen. In dit gebied kunt u aflezen of de stem- ming zuiver, te hoog, of te laag is. ZUIVER GESTEMD - Als de stemming zuiver is, staan er twee zwarte vierkant- jes in het midden van de schaal.
  • Pagina 75 14. SYSTEM MODE In de System Mode kunt u kiezen voor de Internal of de MIDI sync clock, een MIDI zend- en ontvangstkanaal toewijzen voor de drum voices, een MIDI kanaal toewijzen voor de ontvangst van program change commando’s, een MIDI zendkanaal toewijzen voor de Ext In voice en de Harmony voice, bulk dump handelingen uitvoeren, een nootschema kiezen en nootnummers aan de drum pads toewijzen.
  • Pagina 76 EEN SYNC CLOCK KIEZEN - Het is mogelijk om een externe sequen- cer op de RY9 aan te sluiten en deze twee te synchroniseren, afgekort “sync”, zodat ze gelijke tred met elkaar houden. De RY9 kan worden bestemd als “master”, waarvoor u zijn sync clock moet instellen op Intern en de clock van de externe sequencer op MIDI.
  • Pagina 77 EEN PROGRAM CHANGE ONTVANGSTKANAAL TOEWIJZEN - U kunt de RY9 laten reageren op, van een extern MIDI keyboard of sequencer afkomstige, program change commando’s. Door bijvoorbeeld op de voice selectieknoppen ervan te drukken, kunt u van daaraf een drum kit van de RY9 selecteren. Hiervoor is het noodzakelijk dat het program change ontvangstkanaal van de RY9 op hetzelfde kanaal gezet wordt als dat van het apparaat dat deze commando’s zendt.
  • Pagina 78 EEN HARMONY VOICE ZENDKANAAL TOEWIJZEN - De RY9 is in staat om MIDI signalen te verzenden die worden gegenereerd door de Harmony voice (zie “HARM 1, 2, 3”, blz. 63), om zodoende een externe toongenerator te bespelen. Hiervoor is het noodzakelijk dat het Harmony voice kanaal van de RY9 op hetzelfde kanaalnummer wordt gezet als het ontvangstkanaal van de toongenerator.
  • Pagina 79 U kunt de data van User patterns, songs en drum kits in een “bulk dumpen” van en naar een andere RY9, of een extern MIDI opslagmedium (zoals de Yamaha MDF3 MIDI Data Filer). BULK DUMP VERZENDEN - Zorg eerst dat het opslagmedium gereed staat voor de ontvangst van een bulk dump (raadpleeg de handleiding van het opslagmedium voor de juiste procedure).
  • Pagina 80 EEN PRESET OF USER NOOTSCHEMA KIEZEN - Het MIDI noot- schema bestaat uit een lijst van de drum pads met het daaraan gekoppelde MIDI nootnummer voor iedere pad. Wanneer de drum voices van de RY9 vanaf een extern keyboard of sequencer worden bespeeld, zullen de drum voices reageren in overeenstemming met de toewijzingen van het noot- schema van de RY9.
  • Pagina 81 15. TEMPO MODE In de Tempo Mode kan het tempo worden ingesteld voor het afspelen of opne- men van songs of patterns. U kunt tussendoor naar de Tempo Mode omscha- kelen en het tempo veranderen, zelfs terwijl een song of pattern afspeelt. Elke Preset pattern of song heeft een daaraan toegewezen “standaardtempo”.
  • Pagina 82 16. MUTE MODE In de Mute Mode kunt u één of meer begeleidingspartijen uitzetten, zelfs terwijl de song of pattern afspeelt. DE MUTE MODE ACTIVEREN - Houd [MODE] ingedrukt en druk op [MUTE] om de Mute Mode te activeren. Het woord “MUTE” verschijnt links- onder in de LCD met daaronder de momenteel geselecteerde begeleidings- track en zijn actuele status - “ON”...
  • Pagina 83 17. BALANCE MODE De Balance Mode is in feite een ingebouwd “mengpaneel” waarmee u de onderlinge volumeverhoudingen van de gewone voices kunt instellen. In de Balance Mode kunt u de uitgangsniveaus voor de begeleidings-voices Bass, Chord 1 en Chord 2, alsook voor de Ext In en Harmony voices instellen, zelfs tijdens het afspelen van patterns of songs.
  • Pagina 84 EEN VOLUMENIVEAU INSTELLEN - Selecteer de Bass, Chord 1, Chord 2, Ext In, of Harmony voice en gebruik [-1] en [+1] om het volume- niveau voor de geselecteerde voice in te stellen. Het volumeniveau van de gitaar kan uitsluitend worden ingesteld met de volumeknop op de gitaar zelf.
  • Pagina 85 Zorg ervoor dat belangrijke User data eerst is opgeslagen via een extern MIDI data opslagmedium (zoals de Yamaha MDF3 MIDI Data Filer). DE FABRIEKSINSTELLINGEN TERUGZETTEN - Zet eerst de stroomschakelaar op [STANDBY]. Houd vervolgens de knoppen [-1] en [+1] tegelijk ingedrukt en zet ondertussen de RY9 weer aan.
  • Pagina 86 20. SCHERMMEDEDELINGEN Terwijl u met de RY9 werkt, kunnen er verschillende foutmeldingen en andere mede- delingen verschijnen in de LCD. Hieronder volgt een beschrijving van elk daarvan. LCD DISPLAY BETEKENIS Deze mededeling verschijnt als de batterijen leeg zijn (of niet aan- BACKUP ERROR wezig) wanneer u de RY9 aanzet.
  • Pagina 87 LCD DISPLAY LCD DISPLAY BETEKENIS BETEKENIS Er wordt bulk data van een MIDI data opslagmedium of een andere RECEIV BULK RY9 ontvangen. De MIDI transmissie van de bulk data is niet gelukt binnen een TIME OVER redelijke tijd en daarom is de handeling afgebroken. De meter van de bestemmings-pattern is anders dan de meter van TS NOT MATCH de bron pattern.
  • Pagina 88 PROBLEEM MOGELIJKE OORZAKEN EN OPLOSSINGEN PROBLEEM MOGELIJKE OORZAKEN EN OPLOSSINGEN Controleer of u zich in de System Mode bevindt. De RY9 speelt niet Song of pattern af in de System Mode. speelt niet af Controleer of de System Mode Sync functie staat ingesteld op MIDI clock.
  • Pagina 89 Yamaha Corp. behoudt zich het recht voor om op elk moment, zonder voorafgaande kennis- geving, producten of specicaties te veranderen of te modiceren. Aangezien specicaties, uitrus- ting of opties niet overal identiek zijn, kunt u het beste uw Yamaha dealer hierover raadplegen.
  • Pagina 90 23. INDEX [-1] en [+1] knoppen......9 Gevoeligheidsniveau......64 Realtime opname mode [E] en [F] knoppen ....9 Gewone voices overzicht....91 (pattern)..........38 Gitaarstemapparaat......65 Realtime opname mode Gitaarsynthesizer ......63 (song)..........47 Aansluiten externe apparaten ..14 REC(ord) (opname) ......7 Accent........39, 55, 59 Repaet (herhaling)......43 Achtergrondbegeleiding....24 Harmony voice kanaal....70 Achterpaneel........10 Akkoord..........49 Song afspeel mode......41...
  • Pagina 91 AANTEKENINGEN...
  • Pagina 92 24. OVERZICHTEN OVERZICHT DRUM VOICES LCD DISPLAY NAAM DRUM VOICE LCD DISPLAY NAAM DRUM VOICE...
  • Pagina 93 LCD DISPLAY NAAM DRUM VOICE LCD DISPLAY NAAM DRUM VOICE...
  • Pagina 94 OVERZICHT DRUM KITS DRUM PAD BANK - Pad Nummers 0 ~ 11 Nootnummer/Noot Pad Nummer PERCUSSIE PAD BANK - Pad Nummers 12 ~ 23 Preset Kit Nr./Naam Drum Kit Drum Kit Nummer / Program Change Nummer...
  • Pagina 95 User Kit Nr./Naam Drum Kit...
  • Pagina 96 OVERZICHT PRESET PATTERNS PAT- PAT- TERN STIJLNAAM SECTIE TERN STIJLNAAM SECTIE DISPLAY DISPLAY...
  • Pagina 97 PAT- PAT- TERN DISPLAY STIJLNAAM SECTIE TERN STIJLNAAM SECTIE DISPLAY PAT- TERN DISPLAY STIJLNAAM SECTIE PAT- TERN STIJLNAAM SECTIE DISPLAY PAT- TERN STIJLNAAM SECTIE DISPLAY...
  • Pagina 98 PAT- PAT- TERN DISPLAY STIJLNAAM SECTIE TERN STIJLNAAM SECTIE DISPLAY PAT- TERN STIJLNAAM SECTIE DISPLAY PAT- TERN STIJLNAAM SECTIE DISPLAY Drum Pattern Variatie Click Variatie T ellen Metronoom OPMERKING: De patterns 192 tot en met 199 bevatten geen bas en akkoord data.
  • Pagina 99 OVERZICHT GEWONE VOICES LCD DISPLAY VOICE NAAM LCD DISPLAY VOICE NAAM...
  • Pagina 100 MIDI DATA FORMAT MIDI Ontvangst 3. System Common Commando 1) SONG SELECT STATUS 11110011 (F3H) Schema MIDI Ontvangst SONG NUMMER 00ssssss s=0~99 <MIDI Ontvangstsituatie> < Data ontvangst vindt plaats in de Song Select Mode. 4. System Exclusive Commando BULK DUMP 11110000 (F0H) 01000011...
  • Pagina 101 MIDI Verzending 3. System Common Commando 1) SONG SELECT STATUS 11110011 (F3H) Schema MIDI Verzending SONG NUMMER 00ssssss s=0~99 <MIDI Verzendsituatie> < Song Select Verzending vindt plaats vanuit de Song Select Mode. 4. System Exclusive Commando < De verzending van bulk data vindt plaats via de MIDI Bulk Dump functie van de System Mode.
  • Pagina 102 MIDI IMPLEMENTATION OVERZICHT...
  • Pagina 104 © 2000 Yamaha Music Nederland Geprint in Nederland...