Inhoudsopgave
Advertenties
FUA-3000/4700
Fig. 4.6
•
Draai de bouten van het uitblaasrooster (A) los en
verwijder het rooster.
•
Monteer het verloopstuk (F) met de bouten van het
uitblaasrooster.
•
Draai de bouten vast.
•
Schuif een flexibel verbindingsstuk (B) over de inlaatdeel
van de ventilator.
•
Schuif een ander flexibel verbindingsstuk (E) over het
verloopstuk (F).
•
Zet de verbindingsstukken aan beide zijden vast met een
slangklem (C+D).
•
Draai de slangklemmen goed vast.
F
E
D
Fig. 4.6
Kanaalaansluiting van de FUA-3000/4700
4.4
Elektrische aansluiting
VOORZICHTIG
Controleer of de ventilator geschikt is voor
aansluiting op het plaatselijke net. Gegevens met
betrekking tot de aansluitspanning en frequentie
vindt u op het betreffende identificatieplaatje.
De standaard instelling van de 3-fasen-ventilatoren is 400V. Bij
een netspanning van 230V moet u de bedrading conform de
instructies op het typeplaatje wijzigen.
Indien nodig:
•
Wijzig de bedrading van 400V naar 230V.
4.4.1
Besturingsapparatuur
Er zijn verschillende manieren om de ventilator te besturen.
Sluit de besturingsapparatuur als volgt aan.
•
Sluit de ventilator aan op de besturingsapparatuur conform
de gegevens op het typeplaatje van de motor.
•
Sluit de besturingsapparatuur aan op het elektriciteitsnet
volgens het meegeleverde elektrisch schema.
Een pijl op de ventilatorbehuizing geeft de juiste draairichting
van de motor aan. De draairichting is zichtbaar door het
rooster van de motor.
•
Zorg ervoor dat de motor de goede kant op draait.
•
Wijzig indien nodig de fasenaansluiting.
0000100435/010621/C FUA-1800/2100/3000/4700
A
B
C
5
GEBRUIK
Voor de besturing van de ventilator, zie de met de
besturingsapparatuur meegeleverde documentatie.
6
ONDERHOUD
De ventilatoren hebben geen specifiek onderhoud
nodig.
7
VERHELPEN VAN STORINGEN
Wanneer de ventilator niet (correct) functioneert,
raadpleeg dan de volgende checklist om te zien of u
het probleem zelf kunt verhelpen. Is dit niet het
geval, neem dan contact op met uw leverancier.
WAARSCHUWING
Wanneer u onderstaande activiteiten uitvoert:
- maak de ventilator eerst stroomloos
- respecteer de veiligheidsvoorschriften zoals
beschreven in hoofdstuk 3
Signalering
Probleem
De motor
De ventilator
start niet
werkt niet
Ventilator
Onvoldoende
maakt een
of geen
brommend
afzuig-
geluid, maar
capaciteit
draait niet
De motor
De ventilator
stopt uit
werkt niet
zichzelf
Onvoldoende
De ventilator
afzuig-
werkt niet
capaciteit
naar behoren
Er wordt
valse lucht
aangezogen
Mogelijke
Oplossing
oorzaak
Geen
Sluit de
netspanning
netspanning aan
Netsnoer defect
Repareer of
vervang het
netsnoer
Losse contacten
Herstel de
contacten
Motor-
Vervang de
beveiligings-
motorbeveiligings-
schakelaar
schakelaar
defect
Motor defect
Repareer of
vervang de motor
Motor gebruikt
Herstel de
2 fasen in
fase-aansluiting
plaats van 3
Motor-
Sluit de
condensator
motorcondensator
defect of niet
aan of vervang
aangesloten
deze
(alleen
eenfasemotor)
Motor-
Laat de ventilator
beveiligings-
enige tijd afkoelen.
schakelaar is
Controleer de
geactiveerd
instelling van de
motorbeveiligings-
schakelaar (zie het
elektrisch schema)
Motor defect
Repareer of
vervang de motor
Motor-
Wijzig de
draairichting
draairichting
verkeerd
(alleen bij
3-fasen-
motoren)
Motor defect
Repareer of
vervang de motor
De ventilator is
Reinig de
vuil
ventilatorbladen
Het afdichtings-
Vervang het
materiaal is
afdichtings-
beschadigd of
materiaal
versleten
7
Advertenties
Inhoudsopgave
