Beschrijving van de functies
3
3.1
Veiligheidsfunctie
3.1.1 Beveiliging
De omvormer heeft verschillende ingebouwde beveiligingsfuncties, waaronder een kortsluit-
beveiliging, bewaking van de aardingsweerstand, aardlekbeveiliging, bescherming tegen ei-
landbedrijf, DC-overbelastings-/overstroombeveiliging, etc.
3.1.2 Aardwaarschuwing
Vanwege de topologie zonder transformator kunnen aardfouten aan de DC-zijde tot onher-
stelbare schade leiden wanneer het apparaat in bedrijf is. Elke beschadiging van het product
als gevolg van een defecte of beschadigde DC-installatie valt buiten de garantie. Het prod-
uct is uitgerust met een overspanningsbeveiliging die tijdens de opstartprocedure een con-
trole op aardfouten uitvoert. De beveiliging is niet actief wanneer het product in bedrijf is.
Zorg dat de DC-installatie juist is uitgevoerd en gevrijwaard blijft van aardfouten tijdens de
werking.
Bij een aardfout begint de zoemer van de omvormer te piepen en gaat de rode led-indicator
branden.
3.2
Energieomzetting en -beheer
De omvormer zet gelijkstroom van de zonnepanelen of de accu om in voor het net geschikte
wisselstroom. Ook geeft het apparaat de gelijkstroom van de zonnepanelen door aan de
accu.
Met de ingebouwde bidirectionele omzetting kan de omvormer de accu zowel laden als
ontladen.
Dankzij meerdere MPP-trackers kan het vermogen van de PV-strings worden gemaximali-
seerd op basis van verschillende kantelhoeken, invalshoeken of moduleconstructies.
3.2.1 Derating
Reductie van vermogen (derating) is een manier om de omvormer te beschermen tegen
overbelasting of potentiële storingen. De deratingfunctie kan tevens worden geactiveerd op
basis van de vereisten van het net. Omstandigheden die reductie van het vermogen van de
omvormer vereisen zijn:
•
te hoge temperatuur (waaronder omgevingstemperatuur en temperatuur van de module)
•
te hoge ingangsspanning
•
te lage netspanning
13