2 | FUNCTIE
2.1
APPARAATOVERZICHT (BEELD - BEDIENINGSTERMINAL STRIP SMART2 CONTROL)
2.
Pompsturing
-
Potentiaalvrij contact voor het regelen van een pompcircuit
-
Voorgedefinieerde inschakel- en uitschakelvertraging van 2 minuten
-
Pompbescherming circuit
•
Cyclische regeling van de pomp om de 14 dagen gedurende 1 minuut na de laatste activering
4.
Voeding / netvoeding via terminal
-
Stroomaansluiting van de besturingsklemmenstrook
-
Netdoorvoerterminal voor het aansluiten van elektrische verbruikers zoals. B. Pomp (alleen 230 V-versie)
-
Voedingsaansluiting voor het aansluiten van een dauwpuntsensor (alleen 24 V-versie)
5.
Zekering
-
Beschermt het besturingsklemmenblok door het circuit te onderbreken wanneer de stroom een bepaalde
waarde gedurende een voldoende lange tijd heeft overschreden.
6.
Temperatuur / Dauwpunt
-
Schakelcontact voor aansluiting van een temperatuurbegrenzer of een dauwpuntsensor
•
De temperatuurbegrenzer voorkomt overmatig hoge aanvoertemperaturen van de vloerverwarming via
een potentiaalvrij contact
•
De dauwpuntsensor controleert het systeem in de koelmodus en schakelt het uit wanneer dauw wordt
gedetecteerd
7.
Dalende tunnel - aansluiting voor een externe systeemklok
-
Transmissie van maximaal twee tijdsignalen voor tijdgestuurde verlaging van de kamertemperatuur naar
aangesloten controllers via een potentiaalvrij contact
-
De signaalbron kan een kamerthermostaatregeling of een externe systeemklok zijn
6
info@sst-benelux.nl
|
www.sst-europe.eu