Gebruik van motor- en fasedraaiingindicator
Draaiveldrichting bepalen
Bepaal de draaiveldrichting als volgt:
1.
Sluit een van de uiteinden van de meetkabels aan op de 9062. Zorg dat de meetkabels
L1, L2 en L3 op de corresponderende ingang zijn aangesloten.
2.
Sluit de meetprobes aan op drie netfasen. Druk op de AAN/UIT-toets. De groene
AAN-indicator duidt erop dat het instrument klaar is om met de test te meetprobes aan
op het andere uiteinde van de meetkabels.
3.
Sluit de beginnen.
De draairichtingindicator 'rechtsom' of de draairichtingindicator 'linksom' gaat branden
afhankelijk van de aanwezige draaiveldrichting.
De draairichtingindicator gaat ook branden als de neutrale geleider N is
aangesloten in de plaats van L1, L2 of L3. Zie afbeeling 2 (ook weergegeven
op de achterkant van de 9062) voor meer informatie.
Gebruik van motor- en fasedraaiingindicator
XW
Waarschuwing
Motor & Phase Rotation Indicator
7