Inhoudsopgave
Advertenties
2.3
Brand / vooralarm
Indicatie BRAND
BRAND
Vooralarm
Afb. 4: Brand / vooralarm
Bij een brandalarm:
De in de centrale ingebouwde zoemer gaat aan.
De ontruimingsinstallatie wordt aangestuurd (deze wordt niet altijd door de rookmelders aangestuurd)
De brandbeveiligingsinstallaties worden aangestuurd.
In het display wordt de betreffende groep met de bijbehorende tekst getoond.
Op de groepsindicatie geeft een rode indicatie de betreffende groep(en) aan. Wanneer meerdere groepen
een brandalarm melden, knippert de indicatie van die groep, die het eerste de brand gedetecteerd heeft
(eerste alarmherkenning).
Aanvullende indicaties
Doormelding
Brandw. Gemeld
Storing
Uitgeschakeld
Brandbev. Install
Aangestuurd
Storing
Uitgeschakeld
Afb. 5: Aanvullende indicaties
Storing / Uitgeschakeld
Bij het optreden van een storing of de uitschakeling is een correcte alarmmelding en doormelding
aan de brandweer niet gegarandeerd.
FB 798236NL0 / 10.14
Brand (rode led)
Er is een brandmelding herkend en eventueel een intern of extern alarm
geactiveerd. De brandmelding wordt in het display getoond.
Vooralarm (rode led)
Een vooralarm wordt gemeld wanneer bij een geprogrammeerde
tweegroepenafhankelijkheid één groep of één melder een brandalarm
herkend heeft. Het vooralarm wordt automatisch gereset, wanneer geen
verdere melding herkend wordt. Bij een vooralarmmelding moeten de
meldingslocatie en de meldingsoorzaak gecontroleerd worden.
Het vooralarm is de inleidende fase van een brandmelding.
Geactiveerd (rode led)
De doormelding naar bijv. brandweer is geactiveerd.
Geactiveerd (rode led)
De brandbeveiligingsinstallaties worden aangestuurd.
Brandmeldcentrale Compact
9
Advertenties
Inhoudsopgave
