Bedrijfsmodus instellen
• Druk op de knop Functies (2) om de bedrijfsmodus in te
stellen:
– Koeling,
– Verwarming,
– Ontvochtiging (droging).
Temperatuur instellen
• Gebruik de knoppen Temperatuurregeling + (3) of
Temperatuurregeling - (4), om de gewenste temperatuur in
te stellen.
Ventilatorsnelheid instellen
• Kies door het drukken op de knop Speed (6) tussen de
verschillende snelheden.
– Low (Laag)
– Medium
– High (Hoog)
– Auto
Opmerking:
Tijdens ontvochtigingsbedrijf werkt deze knop niet, omdat het
apparaat in de ontvochtigingsmodus uitsluitend kan worden
gebruikt met lage ventilatorsnelheid.
Wordt tijdens koelbedrijf AUTO geselecteerd, schakelt het
apparaat, afhankelijk van het temperatuurverschil tussen de
ingestelde en werkelijke omgevingstemperatuur, tussen de
andere drie snelheden.
Timer instellen
Timer aan
TIMER AAN wordt gebruikt om het apparaat na het verstrijken van
de vooringestelde tijd automatisch in te schakelen.
• Druk in stand-by op de TIMER-knop (7), om de gewenste tijd
in te stellen.
• Is het ingestelde aantal uren verstreken, schakelt het
apparaat automatisch in.
• Wordt op de POWER-knop (1) gedrukt, voordat de tijd is
verstreken, schakelt het apparaat in en wordt de ingestelde
tijd gewist.
• Tijdens het instellen van de timer kan ook de functie en
ventilatorsnelheid worden bepaald.
7
Timer uit
TIMER UIT wordt gebruikt, om het apparaat na het verstrijken van
de vooringestelde tijd automatisch uit te schakelen.
• Druk tijdens bedrijf op de TIMER-knop (7), om de gewenste
tijd in te stellen.
• Is het ingestelde aantal uren verstreken, schakelt het
apparaat automatisch uit.
• Wordt op de POWER-knop (1) gedrukt, voordat de tijd is
verstreken, schakelt het apparaat uit en wordt de ingestelde
tijd gewist.
Sluimerfunctie (sleep)
Opmerking:
De sluimerfunctie is alleen beschikbaar tijdens koelbedrijf.
• Druk tijdens koelbedrijf op de SLEEP-knop (8), om de
temperatuur in te stellen. De temperatuur wordt na één uur
1 °C hoger en na 2 uur maximaal 2 °C hoger.
• Door het opnieuw drukken op de SLEEP-knop (8) wordt deze
instelling gedeactiveerd.
Ontvochtigingsbedrijf (droging)
• Tijdens ontvochtigingsbedrijf kan de temperatuur niet
worden geregeld, de ventilatorsnelheid is laag.
• In de ontvochtigingsmodus (droging) wordt vocht onttrokken
aan de lucht en verzameld in een geïntegreerd reservoir.
• Is het maximale vulpeil van het waterreservoir bereikt, wordt
op
waarschuwingslampje (ALARM) branden.
• Is het reservoir vol, maak het dan leeg. Zie Condensreservoir
legen op pagina 11.
Condens afvoeren
• In de ontvochtigingsmodus moet de rubberdop van de
aftapopening (1) worden verwijderd en worden vervangen
door een geschikte afvoerleiding.
• Verwijder de afvoerluchtslang, sluit een afvoerslang aan op
de afvoeropening (1) en voer het water af naar buiten, zodat
de ontvochtigingscapaciteit wordt vergroot.
Bedieningshandleiding – Lokale airconditioner PAC 2000 X
het
display
E4
weergegeven
of
gaat
het
NL