8 Configuratie
Indien...
Eén
aanvoerwatertemperatuurzone
Twee
aanvoerwatertemperatuurzones
[C‑07]=0: regeling via de aanvoerwatertemperatuur
Indien de regeling via de aanvoerwatertemperatuur gebeurt, wordt
Vorstbescherming kamer NIET gegarandeerd. Bovendien, als [2‑06]
op "1" staat, is een beperkte vorstbescherming door de unit mogelijk:
Uitgebreide handleiding voor de installateur
64
...dan geldt het volgende:
▪ Wanneer de startpagina van
de
aanvoerwatertemperatuur
UIT
is
en
de
buitenomgevingstemperatuur
onder 4°C valt, zal de unit
aanvoerwater
naar
de
warmteafgevers sturen om de
kamer opnieuw op te warmen
en
het
instelpunt
van
de
aanvoerwatertemperatuur zal
lager worden gezet.
▪ Wanneer de startpagina van
de
aanvoerwatertemperatuur
AAN
is,
de
externe
kamerthermostaat
"Thermo
UIT"
is
en
de
buitenomgevingstemperatuur
onder 4°C valt, zal de unit
aanvoerwater
naar
de
warmteafgevers sturen om de
kamer opnieuw op te warmen
en
het
instelpunt
van
de
aanvoerwatertemperatuur zal
lager worden gezet.
▪ Wanneer de startpagina van
de
aanvoerwatertemperatuur
AAN
is
en
de
externe
kamerthermostaat
"Thermo
AAN"
is,
wordt
Vorstbescherming
kamer
gegarandeerd
door
de
normale logica.
▪ Wanneer de startpagina van
de
aanvoerwatertemperatuur
UIT
is,
en
de
buitenomgevingstemperatuur
onder 4°C valt, zal de unit
aanvoerwater
naar
de
warmteafgevers sturen om de
kamer opnieuw op te warmen
en
het
instelpunt
van
de
aanvoerwatertemperatuur zal
lager worden gezet.
▪ Wanneer de startpagina van
de
aanvoerwatertemperatuur
AAN
is,
de
bedrijfsmodus
"verwarming"
is
en
de
buitenomgevingstemperatuur
onder 4°C valt, zal de unit
aanvoerwater
naar
de
warmteafgevers sturen om de
kamer opnieuw op te warmen
en
het
instelpunt
van
de
aanvoerwatertemperatuur zal
lager worden gezet.
▪ Het selecteren van "koeling" of
"verwarming" gebeurt via de
gebruikersinterface. Wanneer
de
startpagina
van
de
aanvoerwatertemperatuur
AAN is en de bedrijfsmodus is
"koeling", dan is er geen
bescherming.
▪ Wanneer de startpagina van de aanvoerwatertemperatuur UIT is
en de buitenomgevingstemperatuur onder 4°C valt, zal de unit
aanvoerwater naar de warmteafgevers sturen om de kamer
opnieuw
op
te
warmen
aanvoerwatertemperatuur zal lager worden gezet.
▪ Wanneer de startpagina van de aanvoerwatertemperatuur AAN is
en de bedrijfsmodus "verwarming" is, zal de unit aanvoerwater
naar de warmteafgevers sturen om de kamer opnieuw op te
warmen volgens de normale logica.
▪ Wanneer de startpagina van de aanvoerwatertemperatuur AAN is
en de bedrijfsmodus is "koeling", dan is er geen bescherming.
Afsluiter
Het volgende is alleen van toepassing in het geval van 2
aanvoerwatertemperatuurzones.
aanvoerwatertemperatuurzone, sluit de afsluiter aan op de uitgang
van de verwarming/koeling.
De
output
van
de
afsluiter
aanvoerwatertemperatuurzone) kan geconfigureerd worden.
INFORMATIE
De afsluiter staat tijdens het ontdooien ALTIJD open.
Thermo AAN/UIT: de afsluiter sluit, afhankelijk van [F-0B] wanneer
er uit de primaire zone geen vraag voor verwarming is. Activeer
deze instelling om:
▪ te vermijden dat aanvoerwater naar de warmteafgevers in de
primaire AWT-zone zou geleid worden (via het mengklepstation)
wanneer er een verzoek van de secundaire AWT-zone is.
▪ de AAN/UIT-pomp van het mengklepstation ALLEEN te activeren
wanneer er een vraag is. Zie
mogelijke toepassingen" op
pagina 11.
#
Code
[A.3.1.1.6.1] [F-0B]
De afsluiter:
▪ 0 (Nee) (standaard): wordt NIET
beïnvloed
verwarming of koeling.
▪ 1 (Ja): sluit wanneer er een GEEN
vraag naar verwarming of koeling is.
INFORMATIE
De instelling [F‑0B] is alleen geldig als er een vraag-
instelling
van
een
kamerthermostaat
is
aanvoerwatertemperatuur).
Koeling: ALLEEN van toepassing voor EHBX en EHVX. De afsluiter
gaat dicht, afhankelijk van [F-0C] wanneer de unit aan het koelen is.
Activeer deze instelling om geen koud aanvoerwater door de
warmteafgever
te
sturen
en
vloerverwarmingslussen of radiatoren).
#
Code
[A.3.1.1.6.2] [F-0C]
De afsluiter:
▪ 0
wanneer
koeling omgeschakeld wordt.
▪ 1 (Ja) (standaard): gaat dicht wanneer
de bedrijfsmodus koeling is.
Bereik
De bediening van de unit in ruimteverwarming of ruimtekoeling wordt
verboden naargelang de gemiddelde buitentemperatuur.
UIT-tmp verwrm kamer: Wanneer de gemiddelde buitentemperatuur
hoger wordt dan deze waarde, wordt de ruimteverwarming UITgezet
om oververwarming te vermijden.
ERLQ004~008CA + EHVH/X04+08S18+26CB
en
het
instelpunt
van
In
het
geval
van
(deze
in
de
primaire
"5 Richtlijnen met betrekking tot
Beschrijving
door
een
vraag
naar
thermostaat
of
externe
(NIET
als
instelling
voor
condensatie
te
hebben
(bijv.
Beschrijving
(Nee):
wordt
NIET
beïnvloed
de
bedrijfsmodus
naar
Daikin Altherma – Lage-temperatuur-Split
4P384973-1D – 2018.07
de
1