Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Sensoren Aanmelden; De Sensoren Aanmelden Met Behulp Van De Sensor-Id; De Sensoren Aanmelden Via Radiofrequentie (Rf) - Snooper 6 Series Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

10.4 De sensoren aanmelden

U kunt sensoren op twee manieren bij de applicatie aanmelden: met behulp van de sensor-iD of via radiofrequentie (rF).

10.4.1 De sensoren aanmelden met behulp van de sensor-ID

Dit is de eenvoudigste methode, omdat de sensoren kunnen worden aangemeld voordat ze op het voertuig worden gemonteerd.
Op de behuizing van elke sensor is een unieke alfanumerieke code gegraveerd: de sensor-iD.
1. Open het TPMS-menu.
2. Wijzig het voertuigtype (zie paragraaf 10.3 voor meer informatie).
3. Druk op Configureren (1).
4. Druk op 'Aanmelden' .
5. Selecteer in de afbeelding
(2)
het wiel waarvoor u de sensor wilt
programmeren, door erop te drukken. er verschijnen zes nullen, wat inhoudt
dat er geen sensor is geprogrammeerd voor dat wiel. Als er letters
verschijnen, is er al een sensor aan dat wiel toegewezen.
1
6. Druk op 'Geef sensor-iD op' (3).
7. Toets de sensor-iD in met behulp van het toetsenblok en druk op return
(4)
ter bevestiging.
8. Druk op de pijl
(5)
om de aanhanger of het reservewiel weer te geven.
9. Herhaal stap 6 en 7 voor elk ander wiel waarvoor u een sensor wilt opgeven.
10. Druk na het programmeren van alle sensoren DrieMAAL op de sluitknop
(6)
om TPMS af te sluiten.
5 6
4
2
3
Wanneer u de TPMS-applicatie opnieuw opent, ziet u de gemeten
bandenspanningswaarden (de hier weergegeven waarden dienen
uitsluitend ter illustratie).
Als u een sensor wilt bewerken, voert u stap 1 t/m 6 uit en toetst u de
vervangende sensor-iD in. Als u een sensor wilt verwijderen, voert u stap
1 t/m 6 uit en toetst u zes nullen in (hierdoor wordt ook een wiel uit de
afbeelding verwijderd).
Druk op return op het toetsenblok om de instellingen op te slaan.
Volg dezelfde procedure wanneer u sensoren programmeert voor sensoren
voor een aanhanger/caravan en/of het reservewiel.
Raadpleeg paragraaf 10.4.3 voor meer informatie over het installeren van de sensoren op de bandventielen.
10.4.2

De sensoren aanmelden via radiofrequentie (RF)

De procedure voor het aanmelden van sensoren via radiofrequentie lijkt op de in paragraaf 10.4.1 beschreven procedure, behalve
dat de sensoren op de bandventielen moeten worden geïnstalleerd voordat het aanmeldproces kan worden uitgevoerd.
Voor correcte programmering van de sensoren verdient het aanbeveling elke sensor afzonderlijk te bevestigen en te programmeren
voordat u de volgende sensor installeert. De sensoren versturen alleen informatie wanneer ze op het bandventiel zijn bevestigd en
de spanning van de band kunnen waarnemen.
Raadpleeg paragraaf 10.4.3 voor meer informatie over het installeren van de sensoren op de bandventielen.
Terug naar inhoud
6 serie V111.14
86 • NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Gerelateerde Producten voor Snooper 6 Series

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Syrius proVentura proTruckmate proBus&coach

Inhoudsopgave