NEDERLANDS
• Open de afdekking niet, om elektrische schokken te voorkomen. Er bevinden zich geen door de gebruiker
te repareren onderdelen in het apparaat.
• Repareer nooit een zekering en overbrug de zekeringhouder niet. vervang een kapotte zekering altijd
door een zekering van hetzelfde type en met dezelfde elektrische specificaties!
• Als er zich ernstige problemen voordoen met de werking van het armatuur, gebruik het dan niet en neem
onmiddellijk contact op met uw dealer.
• De behuizing en de lenzen moeten worden vervangen als ze zichtbaar zijn beschadigd.
• Gebruik de originele verpakking als het apparaat moet worden vervoerd.
• Het is om veiligheidsredenen verboden om onbevoegde modificaties aan het apparaat aan te brengen.
Belangrijk: Kijk nooit rechtstreeks in de lichtbron! Gebruik het effect niet in aanwezigheid van personen die
aan epilepsie lijden.
FUNCTIES
1. ANTENNE: kan voor betere signaalontvangst in vrijwel iedere richting worden gedraaid.
2. TOETS ID: wordt gebruikt om de gewenste zend- of ontvangstmodus in te stellen.
3. STATUS-LED: toont de status van de draadloze verbinding.
4. DMX-INGANG: 3-pins XLR connectoren (pin1 = aarde/afscherming; pin2 = data-; pin3 = data+)
5. DMX-UITGANG: 3-pins XLR connectoren (pin1 = aarde/afscherming; pin2 = data-; pin3 = data+)
6. STROOMAANSLUITING: Procon connector.
[SETUP FOR WIRELESS OPERATION]
Iedere eenheid is een draadloze DMX zender-ontvanger. Dit betekent dat iedere eenheid een zender of
ontvanger kan zijn.
Om het systeem in te stellen moet u eerst iedere ontvanger toewijzen aan het universum (de zender)
waarmee deze moet werken.
ZEER BELANGRIJKE INFORMATIE VÓÓR INGEBRUIKNAME
• Controleer de informatie op de toets [ID] (2).
o Status-LED (3) WIT: de eenheid is in de installatiemodus of is niet met enige zender verbonden.
o Status-LED (3) BLAUW: eenheid is in ZENDmodus en verbonden met één of meer ontvangers.
o Status-LED (3) BLAUW (knippert snel): de eenheid (zender) maakt verbinding met de ontvanger (s).
o Status-LED (3) BLAUW (knippert traag): er is geen DMX-signaal op de zender aanwezig
o Status-LED (3) GROEN: de eenheid bevindt zich in ontvangstmodus en is verbonden met een
zender
o Status-LED (3) GROEN: (knippert traag): de eenheid ontvangt geen DMX-signaal van de zender.
o De status-LED (3) is ROOD (knippert snel): geen signaal aanwezig.
• Een ontvanger kan alleen een verbinding met een zender maken als deze met geen enkele andere zender
is verbonden: Status-LED (3) is WIT.
INSTALLATIE VAN DE M-DMX TRANSCEIVER II in ZENDMODUS:
• Houd tijdens het opstarten van de M-DMX TRANSCEIVER II de toets [ID] (2) ingedrukt. De status-LED (3)
wordt kort WIT en wordt dan BLAUW of GROEN (de laatst geselecteerde modus).
JB SYSTEMS
®
3/5
GEBRUIKSAANWIJZING
M-DMX TRANSCEIVER II