vergrendelingsbout in het onderstel vergrendeld
worden
9.6 Montage van de rugvoering
• De rugvoering wordt aan de dwarsspijl van de
rugleuning bevestigd. (1&2)
1
10 Productgegevens
• Wijzigingen door toedoen van technische verdere
ontwikkelingen ten opzichte van de in deze
bedieningshandleiding weergegeven uitvoering
behouden wij ons voor.
• Zie 15.
Gebied
Augsburg 3 inch
Gebruikersgewich
1.
t
2.
Productgewicht*
3.
Totaal gewicht*
Huidtolerantie
Gebied
Augsburg 4 inch
Gebruikersgewich
1.
t
2.
Productgewicht*
3.
Totaal gewicht*
Huidtolerantie
Gebied
Augsburg 5 inch
Gebruikersgewich
1.
t
2.
Productgewicht*
3.
Totaal gewicht*
Huidtolerantie
*Zonder toebehoren
11 Bediening van het artikel
• Vóór het gebruik moet verzekerd zijn dat het artikel
in een behoorlijke staat verkeert. Indien er
gebreken of onjuiste werkingen bespeurbaar zijn,
mag het artikel niet gebruikt worden. Laat vóór
gebruik de gebreken door een vakhandelaar
repareren.
Indien vereist, naargelang de beperking
(gepaste beweeglijkheid en spierkracht)
BA-Nr.: 06.07.085/2022-05-A01
REBOTEC /
2
Gegeven
80 kg
16,4 kg
19,0 kg
DIN EN 10993-1/-5
Gegeven
80 kg
16,8 kg
19,4 kg
DIN EN 10993-1/-5
Gegeven
80 kg
17,2 kg
19,6 kg
DIN EN 10993-1/-5
- 7 -
van de patiënt, moeten het neerzitten en opstaan
met
behulp
van
plaatsvinden.
Instellingen
uitsluitend door het vakpersoneel uitgevoerd
worden
11.1 Neerzitten
• Vóór het neerzitten en opstaan moet erop gelet
worden dat een veilige stand van het artikel tegen
wegglijden en kantelen gewaarborgd is, ten minste
twee wielen geremd zijn, de armleuningen correct
vastgeklikt zijn, de zitoppervlakken stevig liggen
en de voetsteunen ter zijde of omhooggeklapt zijn.
1.
• Is dit wegens zijn beperking niet mogelijk, moet de
gebruiker zich door een kundig persoon laten
helpen. Dit kan met ondersteuning door een
hulpmiddel
Opgelet: gevaar voor vallen!
• Vallen op het zitoppervlak
2.
van de stoel moet voorkomen
worden. De patiënt moet
zoveel mogelijk helemaal op
het stoeloppervlak zitten en
niet slechts op de rand ervan
• Bij
moeten zoveel mogelijk het gehele oppervlak van
de rugleuning en de voetsteunen gebruikt worden.
11.2 Opstaan
• Vóór het opstaan moet erop gelet worden dat een
veilige stand van de stoel tegen wegglijden en
kantelen gewaarborgd is, ten minste twee wielen
geremd zijn, de armleuningen correct vastgeklikt
zijn, de voetsteunen ter zijde of omhooggeklapt
zijn en de patiënt rechtop zit.
• De patiënt moet zover op het stoeloppervlak naar
voren schuiven dat de voeten op de grond staan.
• Zich met de armen op de armleuningen steunen
en zich langzaam van het zitoppervlak opheffen.
NL
een
verpleegkundige
achteraf
mogen
•
De gebruiker moet
zich zo dicht mogelijk tegen
het
artikel
positioneren.
Indien nodig kan hij zich
met de handen aan de
armleuningen oriënteren of
ondersteunen.
personentransport