9
ONDERHOUD
Het toestel en de installatie dienen elk jaar door een erkend installateur gecontroleerd en
zo nodig gereinigd te worden.
VOORZICHTIG
Werkzaamheden aan gasvoerende delen mogen uitsluitend
door een erkend installateur uitgevoerd worden.
Wanneer het toestel zojuist in bedrijf is geweest kunnen
sommige onderdelen heet zijn.
9.1.1
Demonteren
1.
Schakel het toestel uit met de
2.
Neem de stekker uit de wandcontactdoos.
3.
Sluit de gaskraan.
4.
Open de displayklep en draai de twee schroeven links en rechts naast de display
los en demonteer het frontpaneel.
5.
Wacht tot het toestel is afgekoeld.
6.
Draai de wartelmoer onderaan de rookgaskoker linksom los.
7.
Schuif de rookgaskoker met een linksomdraaiende beweging naar boven (1) tot de
onderkant van de pijp boven de aansluiting van de condensafvoerbak is gekomen.
Trek de onderkant van de pijp naar voren (2) en neem de pijp linksom draaiend naar
onder toe weg (3).
8.
Til de condensafvoerbak aan de linkerkant uit de aansluiting van de sifon (4) en
draai hem naar rechts met de sifon aansluiting over de rand van de onderbak (5).
Duw de condensafvoerbak aan de achterkant naar beneden van de aansluiting op
de warmtewisselaar (6) en neem hem uit het toestel.
9.
Neem de connector van de ventilator en de ontsteekunit van het gasblok.
10. Neem de koppeling onder het gasblok los.
11. Schroef de inbusbouten van het voordeksel los en neem dit compleet met gasblok
en ventilator naar voren toe weg (Let op dat de brander, isolatieplaat, gasblok,
gasleiding en de ventilator niet beschadigen).
12. Demonteer de stuwstrippen die dwars in de lamellen van de warmtewisselaar zijn
geplaatst.
9.1.2
Reinigen
1.
Reinig de stuwstrippen en de lamellen van de warmtewisselaar van boven naar
beneden met een borstel of met perslucht.
2.
Reinig de onderzijde van de warmtewisselaar.
3.
Reinig de condensafvoerbak met water.
4.
Reinig het sifon met water (Indien nodig mag de zijspruit op de zwanehals
afgezaagd worden).
Intergas Verwarming BV
toets.
43