Bedieningshandleiding
2.0
Bediening
Verwondingsgevaar!
Klemgevaar resp. materiële beschadiging
Verzekeren dat zich in de verplaatsingszone geen personen of voorwerpen ophouden.
Verzekeren dat kinderen de zonwering en eventueel de afstandsbediening (radiomotor)
niet bedienen.
Bij het in- of uitrijden van de zonwering niet in de installatie grijpen of er niet aan
trekken.
Eventueel voorhanden VARIOVOLANT voor de bediening van de zonwering inrijden.
Geen gewichten aan de zonwering hangen.
Beschadiginggevaar!
Beschadigingen van de zonwering door ijsvorming, sneeuw of sterke wind.
De zonwering bij sneeuwval niet uitrijden.
De zonwering bij windsterkten, die de door de monteur aangegeven windlast
overschrijden, onmiddellijk inrijden. Bij motorisch bedreven installaties raden wij
bijkomend aan een windmeter aan te brengen (niet bij gebruik van WPS).
Bij ijsvorming een uitgereden zonwering niet inrijden.
Loof en andere vreemde voorwerpen op de zonwering voor het inrijden
Bij automatische sturingen, deze bij afwezigheid naar manueel bedrijf omschakelen.
Bij de montage in gebieden met veel wind is een noodhandaandrijving aan te bevelen.
Beschadiginggevaar!
Een vochtige resp. natte doek van de zonwering moet zo snel mogelijk uitgereden worden
om te drogen, doet u dit niet dan vormt zich schimmel op de doek.
2.1
Bedrijf met elektromotor
Bij een zonwering met elektromotor raadt de firma LEINER aan bijkomend een
windmeter aan te brengen (niet bij gebruik van WPS).
Verwondingsgevaar!
Voorzichtig elektrische stroom – levensgevaar!
Werken aan de elektrische installatie mogen alleen door erkende vakmensen worden
uitgevoerd.
De algemene regels van de techniek moeten worden nageleefd.
De montage moet volgens de VDE- en EMV-voorschriften gebeuren.
Beschadiginggevaar!
De gebruikte elektromotor is niet geschikt voor continu bedrijf. Bij oververhitting gebeurt de
automatische uitschakeling onafhankelijk van de positie van de zonwering. Bij sterke wind
kan dit tot storing van de zonwering leiden.
Uitrijden
Het uitrijden gebeurt door op de schakelaar te drukken of met de afstandsbediening.
De eindpositie is bereikt wanneer de motor automatisch uitschakelt.
Inrijden
Het inrijden gebeurt analoog met het uitrijden.
De eindpositie is eveneens bereikt wanneer de motor automatisch uitschakelt.
Een verandering van de in de fabriek ingestelde eindposities moet door een
gespecialiseerd bedrijf gebeuren. De procedure vindt u in de bedieningshandleiding van
de fabrikant van de motor.
Is de installatie met een bijkomende zon-wind-meter uitgerust, dan rijdt hij in
overeenstemming met de ingestelde waarden automatisch uit en in.
verwijderen.
4