Inhoudsopgave
Advertenties
Aanvulling op gebruiksaanwijzing SIPOS SEVEN
zwenkaandrijving 2SQ7
3. Plaats de armatuurhendel (5) en zwenkhen-
del (7) parallel aan elkaar.
4. Schroef beide lasmoeren (3) op de kogel-
scharnieren (1) los tot ca. het midden van de
schroef-draad.
Houd hierbij de minimale afstand van de
moer op de schroefdraad aan, zie afb.
2, pos. 6:
x min. = 1 x diameter schroefdraad
5. Meet de lengte van de buis (y) en maak de
buis korter.
6. Schroef de lasmoeren (3) van beide kogel-
scharnieren af en las ze op de buis.
Zorg na de laswerkzaamheden voor corro-
siebescherming!
7. Schroef de contramoer (2) en buis (4) met de vastgelaste lasmoeren (3) in het kogelscharnier
bij de zwenkhendel (7). Houd de minimale afstand van de moer op de schroefdraad x min. (6)
aan.
8. Haal het tweede kogelscharnier van de armatuurhendel (5) af, schroef de contramoer los en
schroef het kogelscharnier in de buis. Ook hier moet de minimale afstand van de moer op de
schroefdraad (x min.) worden aangehouden.
9. Breng de zwenkaandrijving en armatuur in dezelfde eindpositie.
10. Plaats het tweede kogelscharnier in de armatuurhendel, bevestig met de contramoer en beveilig
met een splitpen. Stel de lengte in door de buis te draaien; als de meegeleverde kogelscharnie-
ren worden gebruikt, heeft één kogelscharnier een rechtsdraaiende schroefdraad en één een
linksdraaiende schroefdraad.
Let er bij het instellen van de lengte op dat de hoek niet kleiner is dan α min. of groter dan
α max. (zie de instructie in het vorige hoofdstuk).
11. Draai beide contramoeren (2) om de buis goed vast.
■
Let er vóór de inbedrijfstelling van de zwenkaandrijving op dat er zich geen personen of voor-
werpen in het bewegingsbereik van de stangen bevinden.
■
Als er door bewegende delen beknellingsgevaar ontstaat, moeten er veiligheidsvoorzieningen
worden aangebracht.
3
Handbediening
Schakel alleen over op handbediening als de
motor stilstaat!
Bediening
1. Druk op de knop (zie afbeelding) en laat los.
Er wordt nu overgeschakeld op handbedie-
ning.
2. Draai aan het handwiel.
De handbediening blijft actief tot de motor wordt
ingeschakeld.
Als de motor wordt ingeschakeld, wordt de
handbediening automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is ingeschakeld, staat het handwiel
stil.
Y070.449/NL
Afb� 2: stangen
Afb�: overschakelen op handbediening
3 Handbediening
Pagina 7
3
Advertenties
Inhoudsopgave
