Bediening paneel SCO 5
PICTOGRAM
Noodstop: de binaire ingang die overeenkomt met de noodstop wordt geactiveerd (I04).
Laag motortoerental (te hoge snelheid): de beveiliging wordt geactiveerd als het toerental hoger is dan 120% van het
nominale motortoerental. De werkelijke waarde van het toerental wordt afgeleid van de generatorfrequentie of
rechtstreeks gedetecteerd met de magnetische ingang.
Laag motortoerental: dit alarm gaat af wanneer de generator draait en vervolgens zelf stopt, namelijk wanneer het
toerental onder het vooraf ingestelde toerental daalt.
Het alarm voor het lage toerental wordt 5 seconden na het starten van de generator geëvalueerd en zolang de binaire
uitgang O02 actief is.
Lage oliedruk: de motor stopt wanneer de oliedruk onder de ingestelde waarde daalt of wanneer de binaire ingang
I13 wordt geactiveerd.
Hoge temperatuur van de koelvloeistof: de motor stopt wanneer de temperatuur van de koelvloeistof de ingestelde
waarde overschrijdt.
Externe stop 1: deze motorstop treedt op wanneer ingang I13 wordt geactiveerd.
Externe stop 2: deze motorstop treedt op wanneer ingang I14 wordt geactiveerd.
Externe stop 3: deze motorstop treedt op wanneer ingang I15 wordt geactiveerd.
Probleem GCB: de stroomonderbreker van de generator is kapot.
Overspanning: de generator stopt wanneer de uitgangsspanning de vooraf ingestelde waarde overschrijdt.
Onderspanning: de generator stopt wanneer de uitgangsspanning onder de vooraf ingestelde waarde daalt.
Overfrequentie: de generator stopt wanneer de frequentie de vooraf ingestelde waarde overschrijdt.
Onderfrequentie: de generator stopt wanneer de frequentie de vooraf ingestelde waarde overschrijdt.
Overbelasting: de generator stopt wanneer de uitgangsbelasting de vooraf ingestelde waarde overschrijdt.
Kortsluiting: de generator stopt wanneer de uitgangsstroom de vooraf ingestelde waarde overschrijdt.
Rotatie CCW: verkeerde fasevolgorde van de generator. Er is een gedefinieerde en vaste fasevolgorde (L1, L2, L3).
Dit alarm verschijnt wanneer de fasen in een andere volgorde worden verbonden.
Probleem met starten: probleem met het starten van de generator.
Probleem met stoppen: probleem met het stoppen van de generator.
Batterij leeg: als de regelaar tijdens de startprocedure stroom verliest door een slechte staat van de batterij, zal hij
niet opnieuw starten en wordt deze beveiliging geactiveerd.
Automatische spanningsdetectie: als de gemeten generatorspanning niet overeenkomt met de vooraf bepaalde
waarden voor een bepaald type aansluiting bij gebruik van de waarde voor automatische detectie voor
verbindingstype B04.
Brandstofniveau: deze uitschakeling gebeurt wanneer de analoge ingang I21 onder de drempel van uitschakeling
komt of wanneer de binaire ingang I29 wordt geactiveerd. Beide meer dan 10 seconden.
Solé, S.A. C-243 b, km 2 · 08760 Martorell (Barcelona) ·Tel. +34 93 775 14 00 · www.solediesel.com · info@solediesel.com
Bedieningshandleiding. Bedieningspaneel van de generator.
BESCHRIJVING
8