Inhoudsopgave
Advertenties
laadstation en deze wordt gebruikt om enkelfasige
elektrische voertuigen op te laden. We raden aan om de
minst geladen fase van de unit hiervoor te gebruiken. De
onderste connector moet worden gebruikt om de neutrale
draad (N) aan te sluiten. Houd de fasevolgorde aan. Een
juiste fasevolgorde is met name belangrijk als het
laadstation onderdeel uitmaakt van een cluster. Als u de
draden heeft aangesloten, draait u de schroeven aan zodat
de draden er niet uitgetrokken kunnen worden en er
voldoende elektrisch contact is.
9
Ethernet-/UTP-kabel aansluiten en simkaart plaatsen
Sluit de Ethernet UTP-kabel aan op de Ethernet-connector
naast
gegevenscommunicatie gebruikt, plaatst u de simkaart in
de simkaarthouder.
10
De servicedeur plaatsen en de houder verwijderen
Plaats de onderhoudsdeur voor achter terug op de
behuizing en gebruik de schroef om deze aan te draaien.
Verwijder het laadstation van de houder en verwijder de
10-a
houder van de bevestigingsplaat. Houd het laadstation
goed vast als u dit doet, aangezien het niet meer wordt
ondersteund.
11
De lader op de bevestigingsplaat bevestigen
Bevestig het laadstation op de bevestigingsplaat. Bevestig
11-a
het eerst op de bovenste haken en duw het voorzichtig
richting de muur. Draai de schroef volledig vast en het
laadstation is aan de muur bevestigd.
De grote magnetische kabelhouder installeren (alleen
(11-b)
voor model met langere kabel bevestigd)
Bevestig de kabelhouder nadat u het laadstation van de
stationhouder heeft verwijderd. Lijn om deze te bevestigen
de gaten op de haak van de kabelhouder uit met de gaten
op de plaat die op de behuizing is bevestigd.
12
Controleren of het laadstation perfect werkt
Als het laadstation overstroombeveiliging of RCD-
beveiliging heeft, controleert u of het beveiligingselement
in de stand ON (AAN) staat.
het
beveiligingselement.
Als
u
mobiele
9 | 10
Advertenties
Inhoudsopgave
